editie 43 / mei 2014

Koert Lindijer ontvangt Lira Correspondentenprijs 2014

Een beetje onwennig staat Koert Lindijer achter het spreekgestoelte in de Brakke Grond, alsof zijn geest nog niet helemaal in Nederland is aangekomen, maar ergens halverwege zijn geliefde Afrika en Europa is blijven hangen. Zojuist heeft hij uit handen van juryvoorzitter Birgit Donker de Lira Correspondentenprijs 2014 gekregen en nu is het moment aangebroken om zijn dankwoord uit te spreken: ‘Niet de prostitutie is het oudste beroep van de wereld, maar reizen en verhalen vertellen. En dat doe ik al ruim dertig jaar.’

Hij is verrast door de prijs – Lindijer was de enige die niet zelf zijn werk had ingezonden –, maar zijn dankwoord gebruikt hij vooral om te waarschuwen: ‘Je bent niet langer met jezelf op reis, zoals vroeger, maar onderdeel van een industrie. Voor mij was het omslagpunt toen CNN eind jaren tachtig neerstreek in Ethiopië om het sterven van mensen life op tv te kunnen laten zien. Toen hoorde ik voor het eerst de term The News Show.’

Het liefst zou hij terug willen naar het oude handwerk – wie, wat, waar, wanneer, waarom –, maar hij weet dat dat tijdperk voorbij is: ‘We moeten betere verhalen vertellen, beter schrijven, bij de lezers op schoot gaan zitten om ze duidelijk maken waarom Afrika belangrijk is. Maar daarbij moeten we oppassen dat we geen karikaturen schetsen, of dat nou de dolverliefde blik op het continent is, of de blik die alleen een poel van ellende ziet. Wat nodig is, is begripvolle berichtgeving.’ En om te onderstrepen dat hij daarmee niet iets halfzachts bedoelt, preciseert hij: ‘We moeten zowel degene begrijpen die in stukken hakken, als zij die in stukken worden gehakt.’

Hij spreekt de hoop uit dat zijn opdrachtgevers – NRC Handelsblad en NOS Radio 1 – belangstelling blijven tonen voor conflicthaarden als de Centraal Afrikaanse Republiek. Maar helemaal gerust is hij daar niet op: ‘Moderne communicatiemiddelen maken het mogelijk om oma die toevallig op de Filipijnen zit een stukje te laten schrijven over de aardbeving, maar dat is totale onzin. Journalistiek is een professie en dat moeten opdrachtgevers zich realiseren.’ 

Als schrijver redt hij het nog wel, maar hij ziet hoe vooral collega freelance fotografen worden getroffen door de bezuinigingen van redacties. ‘Steun jonge fotografen, stuur ze op pad, geef ze een kans!’

TvdB