Twee generaties schrijvers: Daan Heerma van Voss en Christien Brinkgreve
Daan Heerma van Voss (37) en zijn moeder Christien Brinkgreve (74) schrijven beiden, maar op een heel ander vakgebied. Als hoogleraar sociologie publiceerde Christien naast wetenschappelijke boeken ook non-fictie boeken voor een breder publiek. Daan is romanschrijver. Hun thema’s overlappen soms wel; zoals ‘goed en kwaad’, ‘het belang van verhalen’ en in hun meest recente werk ‘rouw’.
Beeld: Daan: Desiré van den Berg | Christien: Inez Agnese
Christien en Daan arriveren samen bij café Amsterdam, beiden hebben drukke agenda’s. Daans laatste roman Geen Vaarwel Vandaag is onlangs verschenen, over de invloed van het overlijden van een vader op een gezin. Geen autobiografisch boek, maar wel een thema dat in zijn leven speelt. Zijn eigen vader, journalist Arend Jan Heerma van Voss, overleed in 2022. Christien is ook bezig met een boek over de nasleep van zijn overlijden. Ze was hoogleraar sociologie en vrouwenstudies, bekende boeken van haar zijn 'De vrouw en het badwater' en 'Vroeg mondig, laat volwassen'. Niet alleen Daan en Christien schrijven, ook Daans jongere broer Thomas is romanschrijver. Arend Jan Heerma van Voss schreef voor de Haagse Post, het maandblad geestelijke volksgezondheid en enkele boeken. En Arend-Jans oudste dochter Sandra uit een eerder huwelijk is journalist voor het NRC.
Daan, was het feit dat jouw beide ouders schrijven van invloed op jouw keuze om te gaan schrijven?
Daan: “Niet van directe invloed, het was geen voorgeschoteld pad en het werd niet gestimuleerd van huis uit. Maar wel in de zin dat ik opgroeide in een hele talige omgeving, we hadden veel boeken thuis en er kwamen schrijvers over de vloer. De gesprekken aan tafel waren niet heel highbrow, zoals veel mensen denken, maar gingen over dagelijks zaken als voetbal en eten. Er werd wel altijd op gehamerd om op de juiste manier je zinnen te formuleren.”
En Christien, werd het schrijven bij jou thuis gestimuleerd?
Christien: “Mijn vader was beeldhouwer, maar schreef daarnaast ook. En ik had maar liefst zes schrijvende tantes die meisjesboeken uitbrachten. Daarmee was in mijn familie schrijven iets heel gewoons. Toen ik jong was, was mijn droom nooit het moederschap; ik wilde schrijven. Ik zag een romantisch beeld voor me waar ik schrijvend in een kamer zat waar het licht mooi binnenviel terwijl ik naar muziek luisterde.”
Had jij ook zo’n droom om te gaan schrijven, Daan?
Daan: “Ik heb nooit echt grote dromen gehad. Voor mijn studie geschiedenis moest ik essays schrijven die me niet echt interesseerden. Ik besloot een keer bij het schrijven puur mijn gevoel te volgen en zo ontstond mijn eerste roman De Vergeting. Ik merkte toen dat bij het schrijven alles samenviel. Daarvoor voelde schrijven als huiswerk.”
Christien: “Ook de interviewserie die je voor de Groene Amsterdammer schreef? Die vond ik zo mooi.”
Daan: “Ja, dat voelde als leuk huiswerk.”
‘Toen ik jong was, was mijn droom nooit het moederschap; ik wilde schrijven.’
Ondanks jullie verschillende vakgebieden, raken de thema’s in jullie boeken elkaar wel, zoals ‘goed en kwaad’.
Christien: “Klopt en dat is dan geheel onverwacht voor ons, het is geen thema waar we het samen over gehad hebben. Over ‘de kracht van verhalen’ brachten wij bijna tegelijk een boek uit. Daar zit een soort verwantschap in, blijkbaar hebben we beide een gevoel voor thema’s die gaan spelen in de samenleving, een antenne voor wat er leeft.”
En het schrijfproces, lijken jullie daarin op elkaar? Daan; jij kon eerder nogal opgaan in het schrijven?
Daan: “Ik ben iets minder monomaan aan het schrijven dan ik voorheen deed, en ik ben wat rustiger geworden. Vroeger schreef ik meer intuïtief zoals een schilder schildert. Nog een beetje iets toevoegen en dan is het klaar. Maar mijn laatste boek heb ik eindeloos herschreven en daar is het beter van geworden.”
Christien: “Ik ben bezig met een ingewikkeld en persoonlijk boek over het opruimen van ons huis na de dood van Arend Jan. Ik schrijf dan een periode heel intensief, waarin ik tijd en rust nodig heb en even geen andere mensen zie. Dat is belangrijk omdat ik alles uit mijn eigen herinneringen wilde halen. En daarna volgt een tijd dat ik het even laat liggen om later weer verder te schrijven.”
Lezen jullie vooraf elkaars werk?
Daan: “Met mijn broer doe ik dat niet. Misschien uit angst dat we dingen van elkaar overnemen, maar we hebben een hele eigen stijl. En ook met mijn vader was ik daarmee gestopt, ik gaf hem daarmee te veel macht. Hij liet mij dan heel lang in spanning wachten. Het zal niet zo bedoeld zijn, maar dat maakte mij heel onzeker. Met mijn moeder heb ik een hele andere relatie, zonder machtsverhouding. Christien stuur ik wel af en toe een stuk, als ik ergens niet helemaal zeker van ben.”
Christien: “Als het over ons gezin gaat, stuur je het altijd op. Het is soms wel confronterend of ongemakkelijk.”
Daan: “Maar er kon dan altijd wel iets veranderd worden, het was aanleiding tot een gesprek van: Hoe heb jij dat ervaren? En was het echt zo?”
Christien: “Ik vind het fijn om vooraf te lezen, daarnaast vind ik het belangrijk om je de ruimte te geven. Het leidt tot mooie gesprekken die misschien niet iedere moeder en zoon hebben.”
En laat jij jouw teksten aan Daan lezen, Christien?
Christien: “Ja. Omdat in het boek dat ik nu schrijf veel herinneringen staan waarin ook de kinderen voorkomen laat ik dat hun vooraf lezen. Daan zegt wel eens over een tekst van mij: ‘Het is goed, maar het kan beter.’ En dat klopt dan vaak ook, dat vind ik goede opbouwende kritiek. Mijn zoon Thomas vindt mijn stijl wat te veel meanderen. Hij zegt dan eerlijk: ‘het is niet mijn soort boek’. Er zitten ook te veel herhalingen in volgens hem. Met zijn opmerkingen doe ik dan mijn voordeel, maar ik hou mijn eigen stijl. In mijn nieuwste boek schrijf ik wat vrijer, meer in scenes zoals bij een roman. Dat vind ik spannend om te doen, ik zie hoe dat werkt in het schrijven van mijn zonen.”
‘Ik merkte dat bij het schrijven alles samenviel. Daarvoor voelde schrijven als huiswerk’
Heb jij ook iets van je moeder geleerd?
Daan: “Het is lastig te onderscheiden welk deel ik heb meegekregen van mijn ouders.”
Christien: “Ik weet nog wel dat jij voor je studie geschiedenis een werkstuk moest schrijven over mijn eerste boek en dat je verbaasd was hoe goed je dat vond.”
Daan: “Ja, dat was een heel toegankelijk boek ‘Margriet weet raad’. Ik wist niet dat je dat soort boeken schreef.”
Christien: “Eén van de vragen die gesteld werd was ‘Wie is Christien Brinkgreve?’, toen had jij geschreven ‘mijn moeder.’ Dat moesten ze goed rekenen!”
Daan: “Maar ik kreeg een onvoldoende. De enige tijdens mijn studie. Haha.”
Was je trots op je moeder toen je over haar boek een essay moest schrijven?
Daan: “Jawel, dat denk ik wel.”
Christien, na een kleine stilte: “Dat vind ik leuk om te horen!”
Christien Brinkgreve (1949) is emeritus hoogleraar sociologie en Vrouwenstudies en nu met pensioen. Haar eerste boek - Margriet weet raad. Gevoel, gedrag, moraal in Nederland 1938-1978 - is veel gelezen en naar verwezen. Andere boeken zijn onder andere: De vrouw en het badwater, Vertel: over de kracht van verhalen, Het Verlangen naar Gezag: over vrijheid, gelijkheid en verlies van houvast en De Ruimte van Herman Hertzberger (een portret). En de bundels Weten vraagt meer dan meten en Taalkracht. De winst van verschil - masculiene en feminiene kwaliteiten van leiderschap is genomineerd voor Ooa Boek van het jaar 2011. Haar boek Het raadsel van goed en kwaad is genomineerd voor de Socratesbeker 2019.
Daan Heerma van Voss (1986) is schrijver van romans, non-fictieboeken en artikelen voor binnen- en buitenlandse media. Zijn literaire debuut is de roman Een Zondagsman. Later volgden de romans Zonder tijd te verliezen, De Vergeting, het Land 32, De Laatste Oorlog en Noem het liefde. Samen met zijn broer Thomas schreef hij de thriller Ultimatum. Voor zijn interviewserie het Decennium won hij in 2011 De Tegel. Met zijn laatste roman Geen Vaarwel Vandaag won hij de BNG Bank Literatuurprijs 2023.
Ben jij ook één van ‘twee generaties schrijvers’? Laat het ons weten.
Dorine van der Wind