editie 6 / december 2001

Waar denken we over?

- Het bestuur van LIRA denkt over financiële steun aan Stichting Rechtshulp Auteurs voor het inrichten van een accountant-service voor het onderzoek van de financiële rapportage door een uitgever of producent over royalty’s en andere tegoeden van schrijvers en vertalers.

 

Soms bekruipt een auteur een gevoel van twijfel (soms erger) over een afrekening die hij van een uitgever of producent heeft ontvangen, of juist niet heeft ontvangen. Gelukkig is er in veel (model)contracten een bepaling opgenomen waarin een auteur het recht krijgt om bescheiden in te zien en/of op te vragen die betrekking hebben op de financiële aspecten van de exploitatie van wat hij gemaakt heeft: een boek, een vertaling, een scenario, een tv-serie, een speelfilm. 

 

Als het opvragen van die bescheiden niet leidt tot een gevoel van tevredenheid aan de kant van de auteur, is er vaak een artikel in het contract dat de auteur de mogelijkheid biedt op eigen kosten een register-accountant in te schakelen die de boeken ten kantore van de uitgever of producent onderzoekt. Vooral dat 'op eigen kosten’ schrikt een auteur nog wel eens af van het daadwerkelijke besluit tot een onderzoek. Ook het feit dat zo’n onderzoek niet altijd de relatie met de uitgever of producent positief beïnvloedt, heeft een remmende werking. Desondanks is er in een enkel geval soms alle reden om zo’n onderzoek in te stellen, nadat alle eerdere pogingen om tot helderheid te komen zijn mislukt.

 

De Stichting Rechtshulp Auteurs heeft inmiddels besloten een accountant-service in het leven te roepen. Voor de financiële kant van dat initiatief heeft het bestuur van de Stichting Rechtshulp Auteurs steun gevraag aan de Stichting Lira. Toewijzing van dat verzoek zou betekenen dat VSenV-leden en LIRA-aangeslotenen, samen het werkterrein vormend van de Stichting Rechtshulp Auteurs, via het VSenV-bureau, respectievelijk via het bureau van LIRA een beroep op die accountant-service kunnen doen, maar wel onder strikte voorwaarden. Zo moet er aan de afrekening een contract ten grondslag liggen waarin het recht op een onderzoek van de boekhouding ten kantore van de uitgever of producent is opgenomen. De twijfel die bij de auteur leeft, moet ook wel een ernstige twijfel zijn, niet een voorbijgaande gedachte dat het wel eens wat meer had mogen wezen. En dan nog is het geen automatisme dat het bestuur van Rechtshulp positief op de aanvraag reageert. Er wordt altijd eerst nog gekeken of de aanvrager wel lid is van de VSenV of aangesloten bij LIRA, of de kwestie wezenlijk ergens over gaat, dat wil zeggen: of het om enig reëel financieel belang gaat en of een eventuele actie de belangen van de auteurs als groep dient. Ook alle andere relevante overwegingen die het bestuur altijd in zijn besluitvorming betrekt, spelen hierbij een rol.

KH