editie 23 / september 2007

Aspecten van de pilot toneelteksten

Toneelteksten aanbieden via een webwinkel confronteert alle betrokkenen met vragen. En dat is ook precies de bedoeling van deze pilot. Ik noem er slechts een beperkt aantal.

Gaan we selecteren of niet?

Voor organisaties als Lira is het onmogelijk zelf te gaan selecteren. Je kunt als Lira geen kwalitatief onderscheid maken tussen de ene aangeslotenen en de ander. Het probleem deed zich ook voor bij het Lira Fonds: welk project wordt financieel ondersteund en welk project niet? Daar is het probleem opgelost door de instelling van een uit buitenstaanders bestaande adviescommissie.

De gedachte werd naar voren gebracht dat dit bij de webwinkel misschien anders zou kunnen. Namelijk op de manier waarop de Vereniging van Letterkundigen auteurs toelaat als lid van de vereniging. Het voorstel is: we laten auteurs op de website toe indien zij minstens één professionele opvoering achter de rug hebben. We zullen zien of zoiets werkt.

Wat laat de webwinkel zien?

De geïnteresseerde bezoeker van de webwinkel zul je moeten helpen zich een beeld te vormen van er te koop is. Hoe doe je dat? We denken dat er een tekstfragment getoond zou moeten worden, in elk geval ook een samenvatting van het geheel met de voor de toneelpraktijk zo belangrijke informatie over het aantal rollen.

Gaan we geld vragen en zo ja, waarvoor?

In ieder geval gaan we geld vragen voor het mogen opvoeren van het stuk. Technisch: voor de opvoeringslicentie. Over de hoogte van het bedrag en in hoeverre we dat bedrag gaan differentiëren naar grootte van de zaal (dus potentieel aantal bezoekers) en/of de duur van de voorstelling gaan we graag het gesprek aan met partners in het project en belanghebbende derden, maar uiteindelijk zal Lira dat bedrag vast moeten stellen aan de hand van de investeringen en lopende kosten.

Werken we in het webwinkelproject samen met partners?

Ja. We hebben een aantal partners op het oog, zoals de Werkgroep Theater van de Vereniging van Letterkundigen/VSenV, maar ook vertegenwoordigers van bijvoorbeeld de amateurtoneelwereld. We denken dat samenwerken met partners de kans op succes belangrijk vergroot.

Hoe gaan we nakoming van de regels handhaven?

Daar moeten we nog eens goed over nadenken. Licentieverstrekking is één kant van de zaak, handhaving is een andere. Er zijn landen waar een heel apparaat de toneelopvoeringen in de gaten houdt. In België doet Lira’s zusterorganisatie Sabam dat via agenten. Als je die traditie en dat apparaat niet hebt, zul je andere middelen moeten verzinnen om illegale opvoeringen tegen te gaan. Want dat is de keerzijde van de licentieverstrekking: illegale voorstellingen tegengaan.

Wat gaan we na de pilot toneelteksten doen?

Tijdens de jaarvergadering kreeg de zaal de gelegenheid ideeën naar voren te brengen in antwoord op de vraag op welke op andere terreinen zo’n zelfde opzet zou kunnen werken.

Geopperd werd om scenario’s voor audiovisuele werken via de webwinkel aan te bieden, waarbij gesuggereerd werd te denken aan de bekende publicaties van het Nederlands Scenario en misschien wel een vorm van samenwerking op te zetten.

Ook poëzie zou heel geschikt kunnen zijn voor het mechanisme van de webwinkel. Wel zou daarbij altijd nagegaan moeten worden of ook voor de uitgever in die verkoop geen rol zou zijn weggelegd. Als het gaat om het vinden van welkome partners, zouden poëzie-uitgevers wellicht de eerst-aangewezen partners zijn.

Genoemd werden ook schoolmusicals, toneelvertalingen en korte verhalen. Kortom: terwijl de pilot toneelteksten nog niet eens is gestart, bleken er al volop ideeën ten aanzien van andere genres te bestaan.

KH