Het verdienmodel van Dido Michielsen
Dido Michielsen (1957) debuteerde in 2019 met ‘Lichter dan ik’ en voor deze historische roman won zij de Nederlandse Boekhandelsprijs 2020. In 2022 verscheen de opvolger ‘Engel en kinnari/Zoeken naar Isah’. In 2025 komt haar boek uit over haar vader die in een krijgsgevangenkamp zat en vocht voor het KNIL. Wat is het verdienmodel van Dido Michielsen?
‘Schrijven is vooral een kwestie van lef, ga het gewoon doen.’ | Beeld: Melanie Marsman
Wat was je eerste schrijfopdracht?
Mijn eerste baan was als secretaresse bij een filmproductiebedrijf, waar ik niet veel te doen had. Ik solliciteerde op soortgelijke banen, tot ik de volgende reactie kreeg: ‘Jij wil helemaal geen receptioniste worden, ik merk aan jouw sollicitatiebrief dat je moet gaan schrijven.’ Dat gaf mij een laatste zetje om die wens serieuzer te nemen. Ik kon aan de slag als copywriter bij een tekstbureau. Eerst in vaste dienst, maar ik had al snel door dat ik als freelancer meer kon verdienen. Daar schreef ik verhalen, maar dan uit naam van een merk. Een van mijn eerste schrijfopdrachten was een romannetje over doucheschuim. Ik kreeg alle vrijheid, als de hoofdpersoon maar regelmatig douchte, haha. Langzaam ben ik overgestapt naar de journalistiek, via het blad Residence. Op de lancering van dat blad heb ik mijn man ontmoet, Auke Kok, die destijds voor Quote werkte.
Waarmee zou je in een ideale wereld het liefst je hele inkomen verdienen?
Met het schrijven van boeken, en tegenwoordig lukt dat ook. Het was zo’n verrukkelijk moment toen ik besefte dat alles wat ik doe verband houdt met mijn boeken. Voor die tijd had ik voor alle serieuze kranten en tijdschriften geschreven. Maar de redacties krompen en het werd steeds lastiger om werk te vinden. Of ze kwamen bij mij met een verzoek voor een verhaal waarvan ik dacht: maar dat heb ik toch al geschreven? Ik was een soort duizend-dingen-doekje; als een redactie ergens problemen had, vroegen ze mij om het op te lossen. Ik ben blij dat die tijd voorbij is.
‘Een van mijn eerste schrijfopdrachten was een romannetje over doucheschuim.’
Uit welke bronnen komen je inkomsten?
Mijn inkomstenbronnen zijn de royalty’s uit de verkoop van mijn boeken, een voorschot op mijn nieuwste boek, subsidie van het Letterenfonds en de lezingen die ik geef. Het is een luxe dat ik zoveel word gevraagd voor activiteiten die met mijn boeken te maken hebben. Zo mocht ik dit jaar de 4-mei-toespraak houden in de Nieuwe Kerk in Amsterdam, een hele eer.
Kun je leven van de opbrengsten van je werk?
Inmiddels wel, maar het duurde wel even. Mijn eerste roman Lichter dan ik kwam uit in september, in februari won ik de Boekhandelsprijs en kwam de verkoop in een stroomversnelling. Maar dan duurt het nog even voordat je de royalty’s krijgt uitbetaald. Dankzij dit succes kreeg ik bij mijn tweede roman een groter voorschot. Daarnaast is het een goede beslissing geweest om kleiner te gaan wonen om van de hypotheek af te zijn. We hebben ons grote huis verkocht en zijn van 220 vierkante meter naar 90 vierkante meter gegaan. De financiële vrijheid die we hebben is heel prettig.
Wat was tot nu toe voor jou de beste investering in je vakmanschap?
Mijn MacBook Air is denk ik het duurste dat ik heb aangeschaft. Verder lees ik veel ter inspiratie. Door de boeken Over Lezen en Schrijven van Stephen King en If You Want To Write van Brenda Ueland te herlezen, krijg ik altijd weer zin in schrijven. Brenda Ueland zegt: ’Schrijf iedere dag, gewoon doen!’ Dat helpt echt, soms ben ik lang met research bezig en schrijf ik niet iedere dag. Maar dan bedenk ik me dat ik toch alvast wat moet gaan schrijven in plaats van wachten tot mijn research af is. En dat pakt altijd goed uit.
‘Ik zie schrijven als beeldhouwen, het is leuk om te blijven boetseren en schaven aan een tekst en dan langzaam iets te zien ontstaan.’
Biedt de Nederlandse context auteurs voldoende middelen van bestaan?
Met Lichter dan ik had ik een duidelijke doelgroep, mensen die geïnteresseerd zijn in Nederlands-Indië. Dat boek heeft goed verkocht. Maar dat zegt ook niet alles, eerder heb ik een non-fictieboek geschreven over hoe je moet verder leven na een scheiding. Je zou zeggen dat er een enorme doelgroep voor is, maar het boek verkocht nauwelijks. Mijn non-fictieboeken over de adoptie van onze dochters verkochten wel goed. Net als de biografie die ik schreef over Derk Sauer en Ellen Verbeek die destijds 25 jaar in Rusland woonden. Ook is Lichter dan ik vertaald in het Indonesisch, Italiaans en Servisch. Maar daar verdien je niet veel aan, het wordt pas interessant als je een bestseller in Amerika hebt.
Heb je een gouden tip voor andere schrijvers?
Ik had al veel schrijfervaring voor ik mijn eerste roman schreef. Het is jammer dat tegenwoordig, met die kleine redacties bij de bladen, journalisten nauwelijks meer worden begeleid in hoe ze moeten schrijven. Daarom kan het heel zinvol zijn om een cursus technisch schrijven te doen. Of zelf een goede mentor of begeleider te zoeken. Het is daarnaast vooral een kwestie van lef, ga het gewoon doen. Ik zie schrijven als beeldhouwen, het is leuk om te blijven boetseren en schaven aan een tekst en dan langzaam iets te zien ontstaan.
Dorine van der Wind