editie 21 / december 2006

Leenrecht in Belgie

Ook in Belgiƫ wordt het Lira Bulletin gelezen, vooral als het gaat over het Belgische leenrecht. U weet dat dit leenrecht recent aldaar is ingevoerd, maar bekend is ook dat het niet van een financiƫle omvang dat je ervan achterover slaat. De volwassen lener betaalt op jaarbasis 1 euro voor alle boeken die hij leent en de minderjarige lener 0,50 euro. Dat levert weinig geld op voor de verdeling.

Op ons artikel daarover, zoals verschenen in het Lira Bulletin nr. 20, reageerde de Vlaamse auteur Guy Didelez als volgt:

Geachte redactie, 

Met heel veel belangstelling las ik in het Lira Bulletin 20/2006 het Lira-standpunt over de invoering van het leenrecht in België. Daarin verwoordt Lira op een perfecte manier wat ik zelf als Vlaamse auteur ook voel en denk. Sterk toch dat wij als Vlaamse auteurs steun vanuit Nederland moeten krijgen in onze strijd tegen de Belgische overheid. 

Omdat u alles zo treffend verwoordde, was ik zo vrij uw standpunt door te mailen aan Dirk Van der Maelen, kamerfractieleider SPa. 

Ter informatie stuur ik u hieronder onze correspondentie (te lezen van onder naar boven) even toe. Misschien vallen er hier of daar wel argumenten die u in uw verdere strijd voor een écht billijke vergoeding in Vlaanderen verder kan gebruiken. 

Met vriendelijke groeten, 

Guy Didelez, auteur 

Toezending van het artikel in het Lira Bulletin 20/2006 aan de fractievoorzitter van de SPa ging vergezeld van het volgende begeleidende bericht:

Geachte Heer Van der Maelen, Hieronder vindt u het standpunt van Lira betreffende de invoering van het leenrecht in België,  gepubliceerd in het Lira Bulletin 20/2006. Interessant om eens te weten wat onze Noorderburen van het Belgische leenrechtsysteem vinden... Met vriendelijke groeten,

Guy Didelez

Een politieke reactie

De reactie van de heer Dirk Van der Maelen (fractievoorzitter van de SPa) komt inhoudelijk op het volgende neer:

Het invoeren van een leenrechtstelsel is gestagneerd omdat de Belgische overheid van mening is dat een openbare bibliotheek ‘een belangrijk instrument moet blijven tegen een kenniskloof in de maatschappij.’ Iedereen moet gratis publieke kennis/boeken kunnen blijven ontlenen. 

Als er al een leenrecht zou moeten komen, dan zou dit niet tot een contributieverhoging mogen leiden voor de abonnementshouders. Echter, er zijn ook geen algemene middelen in kas beschikbaar bij de overheid waaruit de leenrechtvergoeding betaald zou kunnen worden.

Het Koninklijk Besluit Moerman heeft eindelijk deze impasse kunnen doorbreken en 1 euro per volwassen lener en 0,50 euro per minderjarige lener is absoluut het hoogst haalbare.

De heer Van der Maelen betwijfelt bovendien openlijk het nut (en de redelijkheid) van een leenrechtstelsel en -vergoeding, want: ‘het is immers zeer de vraag of de verkoop enorm zou stijgen als er geen leenmogelijkheid meer was en of auteurs echt armer worden als hun boeken worden uitgeleend.’ Bovendien is het –als uitleningen al leiden tot minder verkopen- erg lastig vast te stellen hoe hoog die vergoeding voor gederfde inkomsten dan zou moeten zijn.

Tot slot hekelt de heer Van der Maelen nog het ‘economische principe’ van leenrecht. Vooral internationale bestsellerauteurs zullen rijker worden van een leenrechtvergoeding, omdat de boeken die het meest verkopen ook het meest zullen worden uitgeleend.

Waarna de fractieleider afsluit met een sussende opmerking over extra subsidies die toegekend zijn aan het Vlaamse Fonds der Letteren en een buitenlandbeleid voor Vlaamse Kinderboeken.

Lira’s commentaar

LIRA kan deze argumenten uiteraard totaal niet onderschrijven.

Allereerst is het fundamenteel fout om leenrecht te verwarren met (overheid)subsidies, of steun aan armlastige schrijvers. Het is immers een onvervreemdbaar recht van een schrijver (vastgelegd in Europese regelgeving) en geen leuke bijkomstigheid.

Dat de Belgen in een spagaat zitten met hun standpunt dat ze het niet door de leners willen laten betalen, maar ook geen geld hebben –als overheid- om de vergoeding op te hoesten, is niet zo heel erg relevant. 

Een bibliotheek heeft in haar exploitatie diverse kosten waar ze gewoon elke maand rekening moet houden. Elke maand zal een bibliotheek gewoon haar gasrekening betalen, of haar huisvestingskosten, aanschaf van pc’s, personeelskosten etc, een deel daarvan wellicht gesubsidieerd door een overheid die bibliotheken laagdrempelig wil houden, een ander deel wellicht uit (financiële) resultaten van haar exploitatie. Waarom zou een ‘lage drempel’ ten koste moeten gaan van een onvervreemdbaar recht van de auteur? Als de drempel lager moet, is het communicerende vat óf overheidssubsidies óf een sluitende exploitatiebegroting van de bibliotheek zelf en niet het salaris waar een auteur recht op heeft. 

Bibliotheken krijgen in België toch ook geen korting op haar gasrekening? Op grond waarvan zou  een bibliotheek dan wel gratis –of praktisch gratis- het aller belangrijkste product in bibliotheekwezen mogen exploiteren: het boek zelf?

Daarnaast is de correlatie boeken die veel verkopen en boeken die veel uitlenen verre van rechtlijnig. Eén telefoontje naar Stichting Leenrecht had kunnen leren dat het uitleengedrag totaal niet representatief voor verkoopgedrag. De top-20 van meest uitgeleende boeken wordt al jaren steevast aangevoerd door een bonte mengeling van kinderboekenschrijvers en streekromanauteurs. Een groep die duidelijk niet de top-twintig verkopen aanvoert en voor wie het leenrecht een zeer welkome –en vaak broodnodige- aanvulling is op het salaris als schrijver. 

In Nederland geldt voor een vertaald werk de volgende verdeelsleutel: 30% voor de oorspronkelijk auteur en 70% van de leenrechtvergoeding voor de (vaak Nederlandse) vertaler van het werk. Het argument dat leenrechten vooral naar bestellerauteurs in het buitenland zullen gaan is dus in zeer beperkte mate van toepassing. Zeventig procent ervan wordt namelijk uitgekeerd aan de rechthebbende in eigen land. 

Het argument dat het lastig is om vast te stellen hoe hoog de leenrechtvergoeding nu precies zou moeten zijn om werkelijk te kunnen vergoeden voor gederfde inkomsten is een drogreden. Het is namelijk makkelijk om vast te stellen dat de huidige vergoeding van België in ieder geval niet in de buurt komt van wat een werkelijk billijke vergoeding zou zijn.

Al met al is het laatste woord nog niet gezegd over het leenrecht in België en LIRA bereidt op dit moment concrete acties voor om meer aandacht te vragen voor de teleurstellende ontwikkelingen bij onze zuiderburen. 

SvR