Het verdienmodel van Anne Marie Koper
Anne Marie Koper is vertaler vanuit het Engels naar het Nederlands. Het beste boek dat ze tot nu toe vertaald heeft is Spiegeldoolhof van Jia Tolentino. Als voorzitter van de sectie Boekvertalers bij de Auteursbond probeert Anne Marie de individualisten in haar beroepsgroep beter te organiseren.
Anne Marie Koper: 'De grootste doorn in mijn oog is het verschil dat gemaakt wordt tussen literaire en andere vertalingen.' | Foto: Eigen archief
Wat was je eerste betaalde opdracht?
'De vertaling van Jongens, beren en stevige bergschoenen van Abby McDonald. Na mijn studie Engels wilde ik graag vertalen, maar ik raakte verzeild in de uitgeverijwereld. Ik werkte onder meer als rechtenmanager, redacteur en opleidingsadviseur, maar ruim tien jaar geleden kreeg ik de vertaalkriebels. Ik zette klussen uit die ik eigenlijk liever zelf had willen doen. Op een gegeven moment heb ik de knoop doorgehakt en ik ben voor mezelf begonnen. Ik had het geluk dat ik een goed netwerk had en daar kwam dit boek als eerste uit.
Ik ben ook vrij snel lid geworden van de VvL, de voorloper van de Auteursbond. Dat kwam door een opmerking van een uitgever die ik op een feestje tegenkwam. Die vond het maar een lastige club, zei hij. Daardoor dacht ik: dan moet ik daar juist lid van worden.'
Waar zou je in een ideale wereld als vertaler het liefst je hele inkomen mee verdienen?
'Met vertalen en het liefst van fictie. Gelukkig vormt dat ook de hoofdmoot van mijn werk. Het is het fijnst om aan boeken te werken waar ik iets mee heb en waar ik achter sta. Een keer ging dat mis. Het was een thriller over een vrouw die gestalkt, zelfs verkracht, werd en zich daarna in de armen stortte van de eerste de beste vriendelijke man die ze tegenkwam. Dat stuitte me zó tegen de borst! Ik heb het afgemaakt en het wordt van al mijn vertalingen het meest uitgeleend, maar sindsdien kijk ik een stuk kritischer naar de manuscripten die me aangeboden worden.
‘Ik denk niet dat literaire boeken altijd moeilijker te vertalen zijn dan thrillers’
Het is het leukste om met zijn tweeën aan een vertaling te werken. Er komt altijd een moment dat je het boek het liefst uit het raam zou willen gooien. Dan is het fijn als je met iemand kunt sparren en je frustraties kwijt kunt.'
Hoe ziet jouw verdienmodel er vandaag daadwerkelijk uit?
'Ik vertaal drie tot vier boeken per jaar en dat vul ik aan met zakelijke teksten. Ik zeg met opzet niet commerciële teksten, want literair werk is ook commercieel; uitgevers verdienen er geld aan. Die zakelijke opdrachten zijn financieel gezien het interessantst omdat daar fatsoenlijk voor betaald wordt. Bij het modelcontract voor literair vertalers hoort een minimumtarief van 6,8 cent per woord. Dat modelcontract is meteen de olifant in de kamer. Die 6,8 cent is in de praktijk het maximumtarief. De meeste uitgevers bieden niet eens het modelcontract aan en vaak zelfs geen royalty’s. Vertalers profiteren daardoor niet mee als het boek een bestseller wordt.
Vertalers krijgen per uitlening een leenvergoeding: de oorspronkelijke auteur 30 procent en de vertaler 70 procent.
Voor veel vertalers is dit een belangrijke inkomstenbron, al kunnen de meesten van ons van de vergoeding voor één titel misschien net een ijsje kopen. Naarmate je meer titels vertaald hebt, loopt dat bedrag op. Bij vier boeken kun je een keertje uit eten en misschien zelfs iemand trakteren, maar dan is het wel op. We hebben het over tientjes, tot gemiddeld een paar honderd euro. Per jaar. Pas als de lijst met titels lang is, of als je het geluk hebt dat jouw vertaling een bestseller wordt, kan het bedrag flink oplopen.'
Kun je leven van de opbrengsten van je werk?
'Ja en nee. Ik heb een partner die ook een inkomen heeft. Daardoor heb ik een vangnet en kan ik het me veroorloven om nee te zeggen tegen vervelende vrouwenthrillers of teksten waar ik geen affiniteit mee heb. Zelf verdien ik minder dan modaal, maar als het zou moeten zou ik van het vertalen kunnen leven.'
Wat was tot nu toe de beste investering in je vakmanschap?
'Het abonnement op de online woordenboeken van Van Dale. Die had ik alleen op cd-rom, en op papier natuurlijk, maar nu heb ik toegang tot de meest recente versies. Veel nieuwe woorden staan daar al in. Zo kwam ik bij de vertaling van Amia Srinivasans Het recht op seks de term terf tegen; de term voor feministen die vinden dat transvrouwen geen echte vrouwen zijn. Het is een vrij nieuw woord, maar het stond al in de online Van Dale.
‘Het minimumtarief van 6,8 cent uit het modelcontract, is in de praktijk het maximum’
De hoge abonnementskosten hielden me tegen, al ontdekte ik dat Van Dale een speciaal vertalerstarief hanteert. Wij krijgen een flinke korting op het standaardtarief van 398 euro per jaar. Dat is zeker niet veel geld voor wat je ervoor krijgt, maar voor mensen met een vertalersinkomen zoals ik is het een substantieel bedrag.'
Biedt de Nederlandse context vertalers voldoende middelen van bestaan?
'Nee en dat geldt voor bijna alle vertalers, wereldwijd helaas. Boekvertaler word je alleen omdat je het heel graag wilt en er genoegen mee neemt dat je weinig verdient. De grootste doorn in mijn oog is het verschil dat gemaakt wordt tussen literaire boeken en de andere boeken. Behalve dat het lastig is om te bepalen wat nou literatuur is en wat niet, vraag ik me oprecht af of literaire boeken nou zoveel moeilijker te vertalen zijn dan bijvoorbeeld chicklit, of thrillers. Daarin wordt vaak een heel specifiek jargon of straattaal gebruikt en er zitten veel dialogen in. De rol van de vertaler is om de tekst en de context begrijpelijk te maken en dicht bij de lezer te brengen, dus daar moet je je als vertaler goed in verdiepen. Dat geldt zeker niet alleen voor het literaire domein.
Toch wordt er verschil gemaakt. Het Fonds voor de Letteren geeft beurzen voor literaire vertalingen. Dat is een mooie manier om je inkomen aan te vullen, alleen zijn het er maar enkele tientallen per jaar. Dat is heel erg weinig. Alleen vertalers die én een modelcontract hebben én een projectsubsidie van het Letterenfonds kunnen een modaal jaarinkomen bereiken. De rest blijft daar vaak ver onder.'
Heb je een gouden tip voor vertalers?
'Profileer jezelf als cultureel ondernemer. Dat gebeurt nog veel te weinig. Veel vertalers weten bijvoorbeeld niet dat het auteursrecht van een vertaling van hen is. Een groot deel van de beroepsgroep is voor zijn inkomen niet afhankelijk van vertalen, bijvoorbeeld omdat ze AOW krijgen of een partner hebben die goed verdient, dus maken ze zich niet zo druk. Vertalen wordt zo bijna een vak dat je je moet kunnen veroorloven en daar moeten we echt van af.'
Linda Huijsmans