editie 33 / december 2010

Auteursfonds reprorecht

Het Lira Fonds, waaruit tal van sociale en culturele bestemmingen voor auteurs en vertalers worden bekostigd, wordt gevoed door een inhouding op de gelden die Lira aan hen uitkeert. Deze inhouding voor sociale en culturele doeleinden geschiedt niet alleen op grond van sinds jaar en dag door de vergadering van aangeslotenen goedgekeurd bestuursbeleid, maar ook krachtens het reciprociteitsbeginsel binnen internationale afspraken tussen auteursrechtorganisaties, waarbij Nederland netto overigens gebaat is.

Auteursfonds reprorecht Op het vele kabelgeld dat uit Nederland naar buitenlandse rechthebbenden gaat (beduidend meer dan omgekeerd), mag Nederland deze zogeheten socu-inhouding toepassen, mits het dit dan ook maar doet bij de rechthebbenden uit eigen land. Ook op de bedragen die buitenlandse auteurs ontvangen als vergoeding voor de uitleen van hun werk in vertaling door de Nederlandse openbare bibliotheken, wordt deze inhouding toegepast en ook hier is het netto-resultaat positief: de Nederlandse bibliotheken lenen aanzienlijk meer vertalingen uit dan er van Nederlandse schrijvers in het buitenland worden uitgeleend. Uit de aldus gevormde fondsen worden tal van zaken bekostigd die het belang van alle Nederlandse auteurs en vertalers dienen.

Journalisten en het P.C. Boutensfonds

Met de komst naar Lira van een groot aantal aangeslotenen van het voormalige Nieuwswaarde is evenwel een groep journalisten tot Lira toegetreden op wier uitkering – nog – geen socu-inhouding wordt toegepast. Achtergrond hiervan is dat de administratiekosten voor de verwerking van hun uitkering relatief hoog zijn en dat Lira hun netto-uitkering niet meteen structureel wilde verlagen door er een socu-inhouding over te heffen terwijl Nieuwswaarde dit in het verleden niet deed. Maar hiermee ligt het voorlopig ook niet voor de hand gelden uit het Lira Fonds ten gunste van deze groep aan te wenden. Aldus werd door NVJ en Lira bij Lira’s overname van de activiteiten van Nieuwswaarde ook afgesproken.

Naar aanleiding van de aanmelding van enkele voormalige Nieuwswaarde-aangeslotenen voor een subsidie van het P.C. Boutensfonds – dat schrijvers en vertalers bij de opbouw van een oudedagsvoorziening helpt en dat voor een belangrijk deel uit het Lira Fonds wordt gesubsidieerd – rees evenwel de vraag of Lira toch niet iets voor deze groep zou kunnen doen. Besloten is nu het PCB de – vooralsnog bescheiden – vereiste middelen ter beschikking te stellen uit het Auteursfonds Reprorecht, waarvan Lira het beheer per 1 januari 2010 op verzoek van de Stichting Reprorecht heeft overgenomen.

Ook is besloten middelen uit het Auteursfonds ter beschikking te stellen van de Stichting Rechtshulp Auteurs, die daarmee haar werkterrein van aangeslotenen van Lira en leden van de Vereniging van Schrijvers en Vertalers kan uitbreiden tot leden van de Vereniging van Educatieve Auteurs. Ook deze auteurs dragen immers niet of nauwelijks bij tot de socu-heffing die het Lira Fonds voedt, maar wel tot de voeding van het Auteursfonds.

RV