editie 26 / september 2008

Een woord van de voorzitter (26)

Het bedrag dat Lira in het jaar 2007 onder schrijvers en vertalers verdeelde, liep op tot 18,5 miljoen euro. Een record in ons 22-jarig bestaan. En nog steeds lijkt de wereld niet onverdeeld gelukkig met het feit dat we er zijn.

Als goede bedoelingen bij de acceptatie van Lira’s bestaan kunnen helpen: Lira wil het gebruik van werken van auteurs bevorderen en daarin de vergoeding voor auteurs veilig stellen. Anders gezegd: Lira wil niet verhinderen dat creaties van schrijvers en vertalers verkocht, uitgeleend, verhuurd, uitgezonden, opgevoerd en vertoond worden. Integendeel. Maar dan wel met een passende beloning voor de personen die deze werken gemaakt hebben, zodat zij zich in een klimaat van financieel zelfvertrouwen aan de creatie van nieuwe werken kunnen zetten. Ruimte geven aan de creativiteit door die creativiteit te belonen.

Het moderne gebruik van werken is vaak massaal en onttrekt zich steeds vaker aan de controlemogelijkheden van de individuele maker. Anderzijds heeft de legale verspreider van die soms enorme hoeveelheden werken behoefte aan een adres om zich van die legaliteit te verzekeren. Beide feiten tekenen het belang dat auteursrechtorganisaties in de moderne tijd vertegenwoordigen: controle om te kunnen belonen en legalisering om problemen te voorkomen.

Neem het snel groeiende aantal digitaliseringsprojecten. Audiovisuele werken, boeken, kranten etc. worden en masse gedigitaliseerd om vervolgens nieuwe elektronische verspreidingswijzen te vinden. Op 22 april 2008 is te Amsterdam aan het slot van een internationaal Auteursrecht-symposium tussen de Nederlandse wetenschappelijke bibliotheken en de auteursrechtorganisaties een convenant getekend waarin over en weer de bereidheid tot samenwerking in digitaliseringsprojecten is vastgelegd. Vervolgens blijken er steeds meer projecten gestart te worden waarop deze bereidheid tot samenwerking past als de handschoen om de vingers van een hand. 

Onbekommerde digitalisering kan veel auteursrechtelijk beschermd kapitaal vernietigen en vraagt dan ook om aandacht van rechthebbenden. Projecten die menen geen rekening te hoeven houden met auteursrechtelijke aspecten, gaan misschien wel moeilijke tijden tegemoet. Een procedure wegens inbreuk op rechten is immers gauw gestart.

Gelukkig groeit het besef dat we problemen vóór kunnen blijven door samenwerking van auteursrechtorganisaties en beheerders van digitale massaprojecten. Toestemming langs de weg van licentiëring en anders via vrijwaring bieden een redelijke oplossing. Dat is per slot van rekening bij omvangrijke exploitaties als de kabel en de uitleen van boeken door bibliotheken ook gelukt.

KEES HOLIERHOEK, voorzitter Lira