editie 59 / maart 2021

Lira Fonds start Beurzenregeling Wetenschappelijke Boeken

Het Lira Fonds start dit jaar met de Beurzenregeling Wetenschappelijke Boeken. De komende drie jaar krijgen jaarlijks vier Nederlandse onderzoekers de mogelijkheid met een beurs van 37.500 euro een Nederlandstalig non-fictieboek te schrijven. Na deze periode zal de regeling worden geëvalueerd en mogelijk verlengd.

Lira Fonds start Beurzenregeling Wetenschappelijke Boeken

Beeld: Mohamed Hassan via Pixabay 

Schrijven voor een breed publiek
Met de Beurzenregeling Wetenschappelijke Boeken sluit het Lira Fonds aan bij het programma Erkennen en Waarderen van Nederlandse universiteiten en onderzoeksinstellingen. Onderzoekers worden momenteel vooral beoordeeld op het aantal Engelstalige publicaties in toptijdschriften en hoe vaak deze door collega’s worden geciteerd. Met Erkennen en Waarderen willen universiteiten ook andere kwaliteiten van onderzoekers waarderen en honoreren. Ineke Sluiter, president van de KNAW vertelt in een interview met NRC Handelsblad van 26 juni 2020: ‘Het geven van goed onderwijs, het doen van onderzoek met veel maatschappelijke impact, of iemand die heel goed met het publiek kan communiceren: dat zijn zaken die we ook moeten waarderen. Dus als jij een boek voor een breed publiek wilt schrijven in plaats van een reeks artikelen, en dat past in het werk van je team, dan moet dat kunnen én moet dat geen hindernis zijn voor het verloop van je carrière.’

Substantiële beurs  
Het schrijven van zo’n boek is een wens die veel onderzoekers koesteren maar waarvoor het ze vaak aan tijd, rust, waardering en financiële mogelijkheden ontbreekt. Voor de financiering van het schrijven van een publieksboek bestaat bij de reguliere wetenschapsfinanciers als NWO bovendien (nog) geen subsidievorm. Ook organisaties als het Letterenfonds en het Fonds Bijzondere Journalistieke Projecten kennen geen regelingen voor deze publicaties. Het Lira Fonds kan nu in deze leemte voorzien en onderzoekers met een substantiële beurs faciliteren in het schrijven van een boek waarin een breed publiek in begrijpelijke taal wordt geïnformeerd over hun onderzoek en deelgenoot wordt gemaakt van hun fascinatie voor wetenschap.

Veel onderzoekers koesteren de wens een non-fictieboek te schrijven

De lange adem van een boek
Wetenschap wordt steeds complexer en de resultaten zijn voor buitenstaanders vaak moeilijk te duiden. Juist de lange adem van een boek maakt het mogelijk te laten zien hoe het wetenschapsbedrijf werkt en hoe, vaak na jarenlang onderzoek, resultaten worden bereikt. Wetenschap is mensenwerk en betekent voor onderzoekers vaak vallen en opstaan. Dat is een spannend proces. Uiteraard schrijven wetenschapsjournalisten regelmatig over belangwekkend onderzoek, maar het Lira Fonds vindt het van belang dat onderzoekers ook zelf het verhaal over hun werk vertellen. Zo breng je de mensen om wie het echt gaat in de wetenschap in beeld.

Zwarte gaten of ridderromans
Voor het Lira Fonds is het van groot belang dat de onderwerpen van de te schrijven boeken het hele terrein van de wetenschap bestrijken. Een gesubsidieerd boek kan dus gaan over fundamenteel of meer toegepast onderzoek, over ontdekkingen in de biomedische en natuurwetenschappen of in de sociale en geesteswetenschappen. Met andere woorden: een boek over virussen of zwarte gaten is, mits goed geschreven, even welkom als een boek over middeleeuwse ridderromans of dialectonderzoek. Dankzij deze regeling kan een breed publiek kennismaken met het rijke palet van onderzoekend Nederland.

Jonge onderzoekers
Het Lira Fonds heeft er bewust voor gekozen het Nederlandse boek als uitgangspunt te nemen. Het Engels is weliswaar de lingua franca van de wetenschap, maar er moet ook een traditie blijven bestaan waarin onderzoekers het eervol vinden om in hun eigen taal een boek te schrijven over hun onderzoek. Dat gebeurt onder invloed van de eerder genoemde publicatiedruk steeds minder. Om het onderzoek met een breed publiek te delen is de ‘eigen’ taal het meest geschikt. Om ook de jongste generatie onderzoekers mee te nemen in deze traditie is een van de vier beurzen een stimuleringsbeurs voor een onderzoeker die maximaal vijf jaar geleden aan een Nederlandse universiteit is gepromoveerd. 

Een boek over zwarte gaten is even welkom als een boek over ridderromans

Voor een breed publiek
De Beurzenregeling is op deze manier toegankelijk voor alle generaties onderzoekers. Voorwaarde is dat ze verbonden zijn aan een Nederlandse universiteit of een andere kennisinstelling (bijvoorbeeld een KNAW- of NWO-instituut). Ook is het van belang dat zij aantoonbaar over goede stilistische vaardigheden in het Nederlands beschikken. Ook duo’s kunnen een aanvraag indienen. Onderzoek wordt immers steeds vaker in samenwerking gedaan. Het Lira Fonds kent geen aparte ronden per wetenschapsdomein; interessant onderzoek overstijgt deze vaak; boeken waarin wetenschapsgrenzen worden overschreden kunnen ook voor een breed publiek interessant zijn.  

Aanvragen vanaf 1 maart 2021
Het Lira Fonds hanteert een eenvoudige aanvraagprocedure. Onderzoekers kunnen vanaf 1 maart 2021 digitaal een aanvraag indienen door op de site van het Lirafonds een formulier in te vullen. Dat dient vergezeld te gaan van een overeenkomst met of een schriftelijke intentieverklaring van een Nederlandse uitgever. Daarmee krijgt het Lira Fonds enige zekerheid over de publicatie van het boek. Daarnaast vraagt het een referentiebrief van de decaan van de faculteit of de wetenschappelijk directeur van de kennisinstelling waaraan de aanvrager is verbonden. Alle aanvragen dienen voor 1 juli 2021 bij het Lira Fonds te zijn ingediend. De selectie van ontvankelijke aanvragen wordt gedaan door een adviescommissie. Het bestuur van het Lira Fonds neemt op grond van het advies van deze commissie na de zomer een definitief besluit over de toe te kennen beurzen.



Het verdienmodel van Annemiek Verhoef

Annemiek Verhoef (1963) schrijft lesmateriaal voor het onderwijs in de sector zorg en welzijn. Ze is voorzitter van de sectie Educatieve auteurs bij de Auteursbond. Via Lira kregen zij en veel van haar collega’s afgelopen jaar flink hogere reprovergoedingen. Welke inkomsten heeft Annemiek Verhoef nog meer? We stelden haar 7 vragen over haar verdienmodel.

Het verdienmodel van Annemiek Verhoef

'Als educatief auteur moet je erg creatief zijn' | foto: Inigo Garayo

1. Wat was je eerste (betaalde) schrijfopdracht?

‘De basis voor alles vormt de lerarenopleiding Omgangskunde en Gezondheidskunde. Toen ik die had afgerond, ben ik gaan werken op een havo-mbo-opleiding in Hilversum. Die combinatie van algemeen hoger onderwijs met beroepsgerichte mbo-vakken bestaat niet meer en was in die tijd ook nieuw. Er was nauwelijks geschikt lesmateriaal beschikbaar. Daarom kreeg ik een aantal uren per week de tijd om relevant en beroepsgericht lesmateriaal te maken.

Ik wist meteen dat dat goed bij mij paste. Ik vroeg mensen uit de beroepspraktijk honderduit naar hun tips en ervaringen, gebruikte de leukste oefeningen uit mijn eigen opleiding en vertaalde die naar praktische opdrachten voor leerlingen. Mijn eerste baan was dus tegelijk ook  mijn eerste betaalde schrijfopdracht. Ik voelde me als een vis in het water.

Via een collega kwam ik twee jaar later in contact met een educatieve uitgever die auteurs zocht voor een nieuwe methode voor mbo-opleidingen zorg. Ik besloot de stap te wagen en heb er nooit spijt van gehad. Zo’n tien jaar later zei ik mijn baan in het onderwijs vaarwel en werd fulltime freelance educatief auteur en tekstschrijver.’

2. Waarmee zou je in een ideale wereld het liefst je hele inkomen verdienen?

‘Ik werk in die voor mij ideale wereld. Mensen interesseren me en onderwijs boeit me. Het leukste is om met nieuwe onderwerpen aan de slag te gaan en nieuw lesmateriaal te ontwikkelen. Een enkele keer mag ik zelfs mijn tanden zetten in een heel nieuw opleidingsprofiel. Mijn werk bestaat uit het verzamelen van alle mogelijke kennis over een vakgebied en dat logisch en helder opschrijven. Nu is internet natuurlijk een belangrijke bron van informatie, maar ik zoek ook nog steeds, net als vroeger, in bestaande studieboeken.

‘De reprovergoeding was dit jaar flink hoger’

Van alle verzamelde informatie maak ik mijn eigen verhaal.  Mbo’ers zijn vaak praktisch ingesteld. In de methodes staan veel praktijksituaties en met beroepsgerichte opdrachten en oefeningen verwerken ze de theorie. Creativiteit vind ik daarbij erg belangrijk.  Ook moet je als educatieve auteur weten wat het gebruikelijke jargon is, welke woorden ze straks in de praktijk tegen komen.’  

3. Hoe ziet jouw verdienmodel er in werkelijkheid uit?

‘Momenteel ben ik fulltime freelance educatief auteur. Mijn hele inkomen schrijf ik bij elkaar met educatieve boeken, methodes, toetsen et cetera. Royalty’s van 10 procent over de verkochte boeken zijn heel gangbaar in de sector waarvoor ik schrijf. Mijn indruk is dat hoe hoger het onderwijsniveau waar je voor schrijft, hoe hoger het royaltypercentage.

In 2020 zijn de reprovergoedingen van de educatieve auteurs voor het eerst via Lira uitgekeerd. Aan die transitie is jaren gewerkt door de educatieve sectie van de Auteursbond en Lira. De uitkering besloeg twee jaar en voor veel collega’s was die flink hoger dan ze gewend waren. 

Voorheen waren de uitgevers verantwoordelijk voor die reprovergoeding, dat was weinig transparant. Niet alles verliep deze eerste keer vlekkeloos en hier wordt aan gewerkt. Lira is duidelijk over de grondslag en over wat ingehouden wordt. Dat is fijn.’ 

4. Kun je leven van de opbrengsten van je werk? 

‘Ik kan er goed van leven, maar binnen onze beroepsgroep zijn de verschillen groot. Er is aan de ene kant een kleine groep grootverdieners en aan de andere kant een grote groep die er niet van kan leven. Vaak zijn dat mensen die af en toe lesmateriaal schrijven naast een betaalde baan als docent. De grootverdieners zijn vaak goede onderhandelaars. Daarnaast speelt geluk ook een rol. Of de methode die je maakt aanslaat en dus door veel scholen gebruikt gaat worden, weet je nooit zeker. Gebeurt dat wel, dan kun je er goed mee verdienen.

Zelf heb ik ook meerdere goed lopende boeken geschreven voor de mbo-opleiding Pedagogisch Werk, waaronder Ontwikkeling en Activiteiten PW. Dit boek is vorig jaar herzien en loopt opnieuw goed.  Dat is heel prettig natuurlijk.’

5. Wat was tot nu toe voor jou de beste investering in je vakmanschap? 

‘Mijn keuze voor de lerarenopleiding zorgde ervoor dat ik met kennis van zaken het vak in ben gerold. De schrijfvaardigheid heb ik me in de loop van de tijd steeds beter eigen gemaakt. Je moet aanleg voor schrijven hebben, maar het komt ook aan op meters maken. Wat zeker ook helpt, is een kritische redacteur die ziet waar het beter kan en je daartoe uitdaagt. Daar wordt je werk altijd beter van.’

6. Biedt de Nederlandse context educatieve auteurs voldoende middelen van bestaan?

‘Dat hangt onder meer van het vakgebied af waar je voor schrijft. Als je methodes Spaans of Italiaans maakt, zal het schip met het grote geld niet zo snel binnenvaren. Het landschap van educatieve uitgevers is sinds ik begon ook flink veranderd. Een aantal toonaangevende educatieve uitgevers is gefuseerd, waardoor er nu een paar heel grote spelers zijn. Voor ons als auteurs heeft dat als voordeel dat de methodes – als ze eenmaal gaan lopen - daardoor hogere oplages kunnen bereiken. Tegelijkertijd zijn er kleinere spelers bijgekomen, die ook veel werk voor educatieve auteurs hebben.

Nieuw lesmateriaal ontwikkelen is ontzettend leuk

Naar schatting telt Nederland nu rond de drieduizend educatieve auteurs. Daarvan werkt, denk ik, zo’n 60 procent ook als docent en die hoeft dus niet uitsluitend van het schrijven te leven.’

7. Heb je een gouden tip voor andere auteurs in jouw vakgebied?

‘Durf te kiezen voor wat je leuk vindt. Het maakt je happy om nee te zeggen tegen opdrachten waar je geen zin in hebt. Dat levert je tijd op en ruimte in je hoofd. Je kunt die energie steken in het binnenhalen van opdrachten die je wel liggen.

Een tweede tip: Zorg voor voldoende leuke dingen in je leven, maar ook: word lid van een belangenvereniging zoals de Auteursbond. Samen sta je sterker. Een keer in mijn carrière heb ik een conflict gehad met een uitgever en dan is het heel fijn als iemand je met raad en daad terzijde staat.

Er zijn mensen die de contributie van 186 euro per jaar te hoog vinden. Hen zou ik willen zeggen: zorg dat je een honorarium krijgt dat bij jouw kwaliteit past. De kosten voor het lidmaatschap zijn aftrekbaar en het kan je ontzettend veel opleveren. Al was het alleen maar het gezelschap van vakgenoten op de borrels of nieuwe inzichten, bijvoorbeeld via de workshops en webinars die we organiseren.’

Linda Huijsmans



Controleer uw gegevens en uw werken

Binnenkort zal Lira de na-repartities uitvoeren over verschillende vergoedingen. Zorg er daarom voor dat Lira over uw actuele gegevens beschikt. Op Lira’s webportal zijn alle bij Lira bekende gegevens over u en de door u geschreven werken opgenomen. Heeft u wijzigingen? Geef ze dan zo snel mogelijk door, dan kan Lira de verdelingen zo correct en adequaat mogelijk uitvoeren.

Geregistreerde gegevens
De portal is bereikbaar via de website van Lira. Uw relatienummer, dat in de meeste correspondentie met u wordt vermeld, geeft u toegang. Als u uw wachtwoord niet (meer) weet, kunt u een nieuw wachtwoord aanvragen via het inlogscherm.

Op de portal vindt u de bij ons geregistreerde gegevens terug, zoals uw adres en bankrekeningnummer. Ook kunt u daar zien of u bij Lira bent aangesloten. U kunt uw gegevens te allen tijde inzien en indien nodig aanpassen en/of aanvullen. 

Boekprijs en aandeelpercentage
Let bij de controle bijvoorbeeld op de boekprijs en het aandeelpercentage bij uw werken. Werken die in uw overzicht ontbreken, kunt u gemakkelijk via de portal toevoegen. Overigens staan er alleen werken op de portal die voor een vergoeding in aanmerking komen. Het betreft dus geen volledig overzicht van uw oeuvre.



Schrijvers staan niet machteloos

Een uitgever die niet betaalt, een commerciële partij die jouw auteursrecht schendt of een contract dat slecht voor jou uitpakt. Schrijvers en vertalers kunnen het gevoel hebben dat ze machteloos staan tegenover partijen voor wie ze werken. Niets is minder waar, zegt voorzitter Wilma Degeling van de Stichting Rechtshulp Auteurs. ‘Wij bieden juridische ondersteuning op momenten dat dat nodig is.'

Schrijvers staan niet machteloos

Beeld:
 iStock

Wilma Degeling verenigt twee eigenschappen in zich die in de auteurswereld weinig voorkomen: ze is (kinderboeken)schrijver én jurist. Juist die combinatie komt haar goed van pas bij haar taak als voorzitter van de Stichting Rechtshulp Auteurs (SRA). ‘Als jurist ben ik gewend aan contracten en het oplossen van conflicten. Daarom verbaas ik me er steeds opnieuw over dat zo weinig schrijvers voor hun eigen belangen opkomen. Bij collega-auteurs merk ik naast de passie voor hun werk vaak koudwatervrees voor de zakelijke kant. Doodzonde, want daardoor laten ze veel geld liggen.’

Voorbeeldbrieven
Meestal is het niet zo ingewikkeld, stelt Degeling. ‘Ik heb weleens te maken gehad met een uitgever die steeds maar niet betaalde. Die stuurde ik iedere week een mailtje, net zo lang tot ik mijn geld had. Toen ik daar met andere auteurs over sprak, bleek dat ik een van de weinigen was die dat deed.'

Auteurs kunnen dus zelf al vaak meer doen dan ze denken. Om daarbij te helpen heeft SRA samen met een deurwaarder voorbeeldbrieven ontwikkeld voor een betalingsherinnering en een aanmaning. Die brieven zijn via de website van de Auteursbond beschikbaar.

Gratis juridisch advies
Auteurs en vertalers die zijn aangesloten bij Lira en/of de Auteursbond kunnen voor juridisch advies en ondersteuning terecht bij de SRA. De Stichting biedt sinds 1990 juridische hulp aan schrijvers en vertalers die een conflict hebben dat te maken heeft met hun vak. Het bestuur beoordeelt iedere maand de aanvragen zorgvuldig. Soms is een vordering helder en volstaat het om een deurwaarder in te schakelen, maar vaak ligt het ingewikkelder. 

 

‘Als SRA de aanvraag om juridische ondersteuning accepteert, dan bieden we gratis een eerste juridisch advies’, stelt Wilma Degeling. ‘Daarvoor verwijzen we de aanvrager door naar een gespecialiseerd advocatenkantoor dat veel ervaring heeft met zaken als auteursrecht en contracten.’

Briefhoofd
SRA vergoedt de kosten van die eerste fase tot een bedrag van duizend euro. Daarvoor verdiept de advocaat zich in de zaak, voert overleg met de cliënt en geeft een advies over eventuele volgende stappen. Als die al nodig zijn. Niet zelden blijkt een aanmaning met het briefhoofd van een advocatenkantoor of incassobureau voldoende om tot betaling over te gaan. ‘Als men denkt zo’n kleine partij als een schrijver wel een tijdje te kunnen negeren, doet zo’n formele brief wonderen. Dat maakt ons werk ook zo belangrijk.’

Tanden laten zien
Is die snelle oplossing niet mogelijk, dan geeft de advocaat een advies over verdere onderhandelingen of een procedure. ‘Denk dus niet dat je door een aanvraag bij SRA te doen, meteen vastzit aan een rechtszaak. Komt het wel zo ver, dan zal de advocaat namens jou aan SRA om vervolgsteun vragen.’ Bij een besluit daarover kijkt SRA of een zaak relevant is voor de hele beroepsgroep, naar de juridische haalbaarheid en naar het financiële belang van de aanvrager in verhouding tot de kosten. Voor deze fase vraagt SRA een eigen bijdrage van 5 procent van de kosten. ‘Gaat het om meer dan € 4.500,- dan vragen wij, als de zaak geschikt of gewonnen wordt, een aanvullend percentage als bijdrage in de kosten’, aldus Degeling. 

Bij collega-auteurs merk ik naast de passie voor hun werk vaak koudwatervrees voor de zakelijke kant.

Auteurs laten veel liggen
Gemiddeld krijgt de SRA per jaar zo’n dertig zaken op haar bordje. Dat mogen er wel wat meer worden, vindt Wilma Degeling. ‘Het betekent dat auteurs toch veel laten liggen. Daarom zou het fijn zijn als ze ons beter weten te vinden. Het SRA-bestuur en de ingeschakelde advocaten kunnen echt helpen. Als auteur of vertaler heb je rechten. Zorg dat die niet geschonden worden.’

Zie voor meer informatie over de SRA, de voorwaarden en het indienen van een aanvraag: auteursbond.nl

Linda Huijsmans

De Stichting Rechtshulp Auteurs wordt ondersteund door het Lira Fonds



Eerste verdeling reprorechtvergoedingen vak, wetenschap en educatief

Eind 2020 heeft Lira voor het eerst aan freelance schrijvers, vertalers en journalisten de beschikbare reprorechtvergoedingen vak, wetenschap en educatief uitgekeerd. Tot vorig jaar werden deze via uitgevers verdeeld. Door een stelselwijziging lopen ook die auteursvergoedingen voortaan rechtstreeks via Lira.

Duizenden opgaven in vier maanden tijd
Vanaf juli 2020 zijn schrijvers in de categorieën vak, wetenschap en educatief door Stichting Reprorecht en door hun uitgevers geïnformeerd over de stelselwijziging. Duizenden schrijvers hebben zich in de zomer bij Lira aangemeld. Lira heeft deze auteurs, samen met de reeds bij haar bekende schrijvers in de betreffende categorieën, vervolgens uitgenodigd om opgave te doen van hun inkomsten uit schrijfwerkzaamheden. Daarop kwamen ruim achtduizend opgaven binnen over de jaren 2018 en 2019, die door Lira’s team in razend tempo in slechts een paar maanden tijd zijn verwerkt. Een huzarenstukje, mede omdat intussen de tweede coronalockdown zich aandiende en werken op kantoor weer onmogelijk werd.

Eind december 2020
Dankzij de tijdelijk inzet van extra medewerkers konden de auteurs van vak-, wetenschappelijke en educatieve boeken en tijdschriften eind december hun reprorechtvergoedingen van Lira ontvangen. Via een factuur en specificatie die Lira voor hen klaarzette in de portal, konden zij bovendien precies nagaan hoe het voor hun beschikbare bedrag was berekend. 

Wat ging er goed en wat kan er beter?
De eerste uitkeringsronde is inmiddels geëvalueerd. Wij blikken terug op een succesvolle eerste verdeling. Met kleine aanpassingen kunnen we naar verwachting de opgavesystematiek voor de auteurs nog gemakkelijker maken. Daar is Lira meteen in 2021 mee aan de slag gegaan. Zo zullen we in de categorie ‘Vak en Wetenschappelijke Werken’ niet langer om een opgave per titel vragen.

Daarmee wordt het opgaveproces vergemakkelijkt voor de schrijvers en loopt het voortaan gelijk met de categorie ‘Educatieve Werken’. Om auteurs ervan te verzekeren dat zij hun opgave op de juiste wijze hebben ingevuld en verzonden, zullen wij de goede ontvangst daarvan bevestigen.

In enkele maanden tijd werden achtduizend nieuwe opgaven verwerkt

Na-verdelingen en opgave 2020
Auteurs die in 2020 niet op tijd hun opgave konden indienen, kunnen nog altijd aanspraak maken op hun reprorechtvergoedingen over 2018 en 2019. Lira hanteert namelijk de wettelijke verdeeltermijn van drie jaren. Opgaven die vóór 30 april 2021 worden gedaan, zullen worden uitgekeerd bij de eerste na-verdelingsronde in het tweede kwartaal van 2021. In de toekomst ontvangen auteurs simpelweg hun vergoedingen over het voorgaande jaar: dus dit jaar over 2020, in 2022 over 2021, in 2023 over 2022, enzovoorts. Ieder jaar zal Lira de betreffende auteurs uitnodigen om opgave te doen. In het nieuwe repartitiereglement Reprorecht vindt u meer informatie over de verdeling van de reprorechtvergoeding.

Reprorecht
Stichting Reprorecht int vergoedingen voor (digitaal) kopiëren van boeken, kranten en tijdschriften bij de overheid, het onderwijs en het bedrijfsleven. Lira ontvangt het deel van deze vergoedingen dat is bestemd voor tekstauteurs. Meer informatie over de verdeling en uitkering van de reprorechtvergoedingen is te vinden op de website van Stichting Reprorecht.



Eerste hulp voor schrijvers in acute nood

Om collega’s in nood meteen te kunnen helpen, richtte de Nederlandse schrijver A. den Doolaard in 1971 het internationale PEN Emergency Fund op. Een flinke donatie van de Duitse Nobelprijswinnaar Heinrich Böll gaf het fonds een kickstart. In de vijftig jaar van zijn bestaan hielp het fonds al honderden schrijvers in acute nood.

Eerste hulp voor schrijvers in acute nood

Beeld: 
iStock

‘Wat het PEN is weten de meeste schrijvers wel’, zegt Job Degenaar. ‘De schrijversvereniging werd in 1921 opgericht om literatuur te promoten en de vrije verspreiding ervan te stimuleren. Inmiddels zijn er wereldwijd circa 145 centra in ruim 100 landen. Ik ben voorzitter van het PEN Emergency Fund en dat is er voor álle professionele schrijvers, journalisten en uitgevers, waar ook ter wereld, die in gevaar zijn gekomen bij de uitoefening van hun beroep.’

Onafhankelijk fonds
De vrije verspreiding van literatuur kwam na de Tweede Wereldoorlog vooral in Oost-Europa in gevaar. Steeds meer schrijvers kregen een publicatieverbod en sommigen moesten vluchten. ‘Er was behoefte aan een fonds waar deze auteurs een beroep op konden doen, om ze daarbij te helpen’, zegt Job Degenaar. ‘De Nederlandse schrijver A. den Doolaard nam het initiatief. Hij wilde een onafhankelijk fonds dat los zou staan van PEN International.’
De Duitse romancier Heinrich Böll stortte een flink bedrag dat hij met zijn Nobelprijs voor de Literatuur had verdiend en loste daarmee symbolisch het startschot voor het fonds dat nog steeds ieder jaar tientallen aanvragen krijgt van schrijvers in nood.



Snel handelen
Na de val van de Muur nam het aantal schrijvers en dichters dat de mond gesnoerd werd helaas niet af. Ze kwamen alleen uit andere delen van de wereld. Job Degenaar: ‘Een auteur die niet meer mag publiceren, verliest zijn inkomsten. Maar er zijn ook voorbeelden van schrijvers wier leven op het spel staat. Zij kunnen via PEN International een beroep doen op hulp van het PEN Emergency Fund.'
Degenaar: ‘Een of meer researchers doen de eerste check en dragen de auteur daarna bij ons aan. Als die voldoet aan de gestelde normen binnen ons mandaat kunnen wij snel handelen. We kunnen dezelfde dag nog het geld overmaken waarmee ze bijvoorbeeld een ticket kunnen kopen en de eerste kosten kunnen dekken. We geven eenmalig een bedrag van  maximaal 1500 euro. Als de situatie onveranderd slecht is gebleven, kan daar bij uitzondering later nog 500 euro bij komen.’

Ambulance
Sinds vier jaar is Job Degenaar voorzitter van het PEN Emergency Fund. Hij vergelijkt de rol die het fonds jaarlijks voor dertig tot vijfendertig auteurs speelt, met die van een ambulance. ‘Wij bieden eerste hulp bij acute nood. Andere organisaties, zoals ICORN, kunnen de schrijvende vluchtelingen voor langere tijd opvangen.’
Juist omdat de aanvragen vaak onverwacht komen en er dan meteen gehandeld moet worden, is het belangrijk dat de kas van het PEN Emergency Fund altijd gevuld is. Het Lira Fonds is een van de vaste subsidiënten, met een jaarlijkse bijdrage. Daarnaast komt er geld binnen via donaties, zowel van leden van de PEN als van buitenstaanders.

Halve eeuw
Dit jaar bestaat het noodfonds vijftig jaar, maar een feestje komt er niet. Degenaar:  ‘Wij maken zo min mogelijk kosten. Het bestuur doet zijn werk belangeloos. Alle donaties komen helemaal ten goede aan de schrijvers in acute nood.’ 

Voor meer informatie en financiële bijdragen, kun je terecht op de website van het Pen Emergency Fund.

Linda Huijsmans

Het PEN Emergency Fund wordt ondersteund door het Lira Fonds



Akkoord collectieve vergoeding film- en tv-makers

De afgelopen maanden hebben delegaties van de PAM CBO’s en de Vereniging RODAP een akkoord bereikt over de verlenging van het Convenant dat per 31 december 2019 afliep. De afspraken over de vergoeding voor de periode 2020 tot en met 2024 zijn vastgelegd.

Verlenging Convenant
De afsluitende onderhandelingen hebben plaatsgevonden tussen delegaties van de PAM CBO’s en de Vereniging RODAP onder leiding van de voorzitters van PAM en RODAP in verband met het aflopen per 31 december 2019 van het Convenant. Dit Convenant, gesloten tussen partijen in 2015 met een looptijd van 5 jaar betrof de vergoedingen die worden betaald aan film- en tv-makers voor kabeldoorgifte inclusief bepaalde uitzending gemist diensten.

Nabetaling en extra vergoeding
Er is door de onderhandelingsdelegaties een akkoord bereikt over de verlenging van de afspraken over deze vergoeding voor de periode 2020 tot en met 2024. Daarnaast is sprake van een nabetaling van een extra vergoeding voor het doorgeven/uitzenden van andere zenders dan de RODAP zenders sinds 1 januari 2015. De nieuwe afspraken zien tevens op bepaalde groepen makers die voorheen nog geen vergoeding ontvingen. In totaal gaat het om een bedrag van ca. 90 miljoen euro aan collectieve vergoedingen dat tot en met 2024 wordt betaald.

 

Collectieve vergoedingen
In de afspraken is geanticipeerd op de uitbreiding van de groep makers die door PAM wordt vertegenwoordigd met het wetsvoorstel voor de aanpassing van de Auteurswet die naar verwachting in de zomer van 2021 van kracht zal worden. Partijen zijn verheugd over het bereikte akkoord, waarmee een belangrijk deel van de collectieve vergoedingen voor de door PAM CBO’s vertegenwoordigde (scenario)schrijvers, regisseurs en acteurs is afgedekt, en kijken uit naar de verdere samenwerking.

De betrokken partijen
In de audiovisuele sector hebben scenarioschrijvers, regisseurs en acteurs zich verenigd om één loket te bieden, dat (online) gebruik van audiovisuele media mogelijk maakt: PAM (Portal Audiovisuele Makers). De in PAM verenigde rechtenorganisaties (Lira, VEVAM en NORMA) bieden transparant collectief beheer van rechten en verdelen de vergoeding onder de scenarioschrijvers, regisseurs en acteurs.
RODAP vertegenwoordigt de partijen in de waardeketen van productie tot en met distributie van audiovisuele mediadiensten. Dat zijn film- en televisieproducenten, omroepen (publiek en commercieel) en distributeurs (kabel, glasvezel, iptv). De afkorting RODAP staat voor Rechtenoverleg voor Distributie van Audiovisuele Producties.



Goed nieuws

Soms valt er goed nieuws te melden. Dan kan er na jaren weer eens wat extra’s toegevoegd worden aan wat Lira voor auteurs doet: collectief fruit oogsten. Daarvoor zijn de medewerkers van Lira op pad. Daarvoor worden veel discussies en onderhandelingen georganiseerd.

Goed nieuws

De laatste jaren is de incassobasis van Lira verbreed en de incasso navenant gestegen. Vanaf 2017 verdeelt Lira de thuiskopievergoedingen voor e-books en voor digitale kranten en tijdschriften. In 2019 volgde de eerste verdeling van leenvergoedingen voor e-books aan schrijvers en vertalers. Vanaf 2020 heeft Lira de verdeling onder schrijvers, vertalers en journalisten van de reprorechtvergoedingen in de categorieën vak-, wetenschappelijke en educatieve boeken en tijdschriften ter hand genomen.

Ploeteren tegen bergen op
Vraag me niet hoeveel complicaties zich daarbij voordeden, neem alleen maar van mij aan dat het er vele waren. Tien kilometer ploeteren tegen de bergen op, daar had het voor betrokkenen veel van weg. Met als resultaat een sprong omhoog in de door Lira te verdelen vergoedingen van circa vijf miljoen euro per jaar. Daarmee heeft Lira de financiële basis voor de schrijversgemeenschap beduidend verbreed en verdiept. In technische termen: Lira’s incasso is met nieuwe soorten beschermd, en dus betalend, werk uitgebreid.

Lira heeft vijf miljoen euro per jaar meer te verdelen

Samenwerking voor succes
Voor mij als oud-voorzitter van Lira is het extra positief dat ik dit resultaat mee heb mogen maken. Met de uitroep ‘rechtvaardigheid, rechtvaardigheid’ komen we niet veel verder. Samenwerking van rechthebbenden is een minimumvoorwaarde voor succes. Daarom is het fijn dat er nu zulk goed nieuws te melden is.