editie 15 / december 2004

Leenrechtrepartitie eind 2004

Het blijft moeilijk voorspellingen te doen over de uitkomsten van de komende leenrechtrepartitie, en misschien zijn alle voorspellingen al wel achterhaald op het moment dat dit LIRA Bulletin bij de Nederlandse schrijvers en vertalers op de mat valt. Maar het laat zich aanzien dat de hoogte van de leenrechtuitkeringen voor schrijvers en vertalers eind 2004 redelijk genoemd mag worden.

In de eerste plaats draagt daar een verhoogd bedrag per uitlening aan bij. Openbare bibliotheken betalen inmiddels een bedrag van 0,1049 euro per uitlening van een geschrift, dus voor elke keer dat een boek of tijdschrift wordt uitgeleend. Inclusief die verhoging wordt er voor de uitleen van geschriften door de openbare bibliotheken in Nederland in 2004 in totaal een bedrag betaald van iets meer dan 14 miljoen euro. Tellen we de uitleen van andere auteursrechtelijk beschermde werken zoals muziek-cd’s en films op dvd daarbij, dan komen we uit op een totaalbedrag van iets meer dan 16 miljoen euro. 

 

Nadat andere rechthebbenden hun deel hebben gekregen (muziekauteurs en hun uitgevers, auteurs van tijdschriften en hun uitgevers, uitgevers van boeken,  makers van visuele werken in boeken) blijft er voor de schrijvers en vertalers van boeken een bedrag ter verdeling over van rond de 7,6 miljoen euro.  Dat bedrag ligt wat hoger dan het bedrag van vorig jaar  ondanks het feit dat ook dit jaar het aantal uitleningen achteruit ging. Uit vroeger jaren, met name 1997, is een bedrag van enige tonnen in de vorm van oude leenrechtgelden aan het te verdelen bedrag toegevoegd, in de zekerheid dat de desbetreffende rechthebbenden niet te vinden zijn. De aanspraken op leenrechtgelden zijn vijf jaar geldig, een termijn die om goede redenen met een paar jaar verlengd is, maar intussen beginnen we heel voorzichtig die oude gelden dan toch aan te spreken om ze opnieuw in verdeling te brengen. Tenslotte werd er een bedrag aan reprorechtgelden voor algemene boeken aan de totale leenrechtuitkering toegevoegd. Na aftrek van 10% socu-heffing en 5% kosten en met een reservering van 10% voor nakomende claims blijft er dan een netto-bedrag van meer dan 6,5 miljoen euro ter onmiddellijke verdeling over, een bedrag dat in elk geval iets hoger is dan in 2003. Vandaar mijn positief gestemde verwachting.

 

Dat wil in individuele gevallen overigens niet zeggen dat de uitkering altijd en voor iedereen omhoog gaat, want daarin spelen vooral ook groei en afname van het aantal feitelijke uitleningen per boek een beslissende rol, De leen-exploitatie van een werk kan van jaar op jaar verschillen. En daarmee dus ook de leenrechtopbrengsten.
 

KH

 

 

Kabelgelden en thuiskopie-audio 2004

De verdeling van kabelgelden en thuiskopie-audio is in oktober 2004 van start gegaan, en wel over het aantal door publieke omroepen per radio en televisie uitgezonden minuten in het jaar 2003.

Uitbetaald werden bij een 100%-auteurschap van de uitgezonden tekst per minuut uitgezonden televisie 10,05 euro (alleen kabelgelden) en per minuut radio 7,36 euro (kabelgelden en thuiskopie-radio samen). De verlaging van het minutagebedrag in verhouding tot vroeger jaren valt te verklaren uit de groei in het aantal uitgezonden minuten waarvoor LIRA uitbetalingen verricht. Het bedrag werd redelijk op niveau gehouden door ‘oud geld’ tot uitkering te brengen. Onder ‘oud geld’ dient in dit verband verstaan te worden: geld uit jaren, langer dan 5 jaar geleden, waarvoor zich geen rechthebbenden hebben aangemeld. In plaats van dat geld blijvend op te potten betalen we het liever uit.

 

Bij de huidige verdeelpraktijk van kabelgelden door LIRA gaat het om auteursrechtelijke beschermde literaire, literair-dramatische en muziek-dramatische werken en de daarop gebaseerde audio- en audiovisuele producties die door Nederlandse en buitenlandse publieke omroepen via de radio of de tv worden uitgezonden en die gelijktijdig met de etheruitzending door kabelexploitanten via de kabel worden doorgegeven aan hun abonnees. Daarbij moet het - om voor vergoeding door LIRA in aanmerking te komen - gaan om uitgezonden en gelijktijdig doorgegeven werken die door of in opdracht van Nederlandse publieke omroepen via een substantiële investering zijn geproduceerd, bewerkt, vertaald of ondertiteld. Ook moet de betreffende schrijver, bewerker of vertaler zijn kabelrechten tegenover zijn opdrachtgever hebben voorbehouden door ze via een aansluitingscontract bij LIRA onder te brengen en daarvan melding te maken in de overeenkomst die hij met zijn opdrachtgever sluit.

 

Sinds een arrest van de Hoge Raad uit de jaren tachtig geldt de gelijktijdige kabeldoorgifte als een nieuwe openbaarmaking waarvoor toestemming moet worden verkregen van rechthebbenden. Rond dat arrest hebben rechthebbenden van velerlei aard zich verenigd om in onderhandelingen met de kabelexploitanten tegen vergoeding hun toestemming voor de gelijktijdige kabeldistributie te geven. LIRA is één van de organisaties van rechthebbenden die kabelgelden verdeelt, en wel onder de eigen doelgroep, te weten Nederlandse en buitenlandse schrijvers, vertalers en bewerkers.

 

Schrijvers en vertalers van literaire boeken die vinden dat ook hun uitgever bijvoorbeeld bij verfilming van hun boek en uitzending van het filmwerk door een publieke omroep aanspraak zou moeten kunnen maken op een deel van de kabelgelden, kunnen in hun uitgeefovereenkomst met de uitgever een verdeelsleutel overeenkomen en zich zelfs door de uitgever aan laten sluiten bij LIRA. Deze andere, indirecte toegang voor de auteur tot LIRA heeft vooral een principiële en theoretische waarde, want in de praktijk blijken bijna alle werken die voor kabelgeld in aanmerking komen, speciaal voor de tv of de radio geschreven te zijn, zonder eerst te zijn uitgegeven.

 

Voor het eerst sinds jaren heeft het LIRA-bestuur zich weer eens gebogen over de reglementen voor de kabelrepartitie. De schrijffases format en synopsis zijn in de verdelingen opgenomen. Voor het format geldt een aandeel van 10%, voor een format en een synopsis samen een aandeel van 10 + 15 = 25%. Ontbreekt het format, dan kan op grond van het schrijven van de synopsis een aandeel van 25% geclaimd worden. Belangrijk is verder de toevoeging van een bepaling over de duur van aanspraken op kabelvergoedingen: vijf jaar. Zie voor meer hierover de rubriek: Besluiten van het LIRA- bestuur.
 

KH

 

 

Thuiskopie video 2001 en 2002

De Stichting Thuiskopie ontvangt van fabrikanten en importeurs van blanco beeld-, geluid- en gegevensdragers een in onderhandelingen vastgestelde vergoeding voor het bij wet toegestane privé-kopiëren van auteursrechtelijk beschermd werk.

Dat geld, een beduidend bedrag per jaar, dient onder rechthebbenden verdeeld te worden. Dat zijn heel veel en heel veel soorten rechthebbenden, ook schrijvers en vertalers wier werk bijvoorbeeld door radio en tv wordt uitgezonden. Denk bijvoorbeeld -en nu komen we dichter bij huis- aan een scenarioschrijver die heeft meegewerkt aan een tv-serie die door een publieke of commerciële omroep is uitgezonden. Als dat werk tijdens de uitzending wordt opgenomen op een videoband of op een cd-r of op een cd-rw of op een dvd-r of op welk ander voorwerp ook dat bedoeld is voor het reproduceren van een auteursrechtelijk beschermd werk zonder dat daarbij een commercieel oogmerk geldt, dus in de privé-sfeer voor eigen oefening, studie of gebruik, dan maakt de scenarioschrijver, samen met andere rechthebbenden, aanspraak op een thuiskopievergoeding. 

 

In samenwerking met VEVAM is LIRA al vele jaren bezig thuiskopiegelden-video onder rechthebbende schrijvers en vertalers te verdelen. Beide organisaties hebben daartoe de wereld onder elkaar verdeeld: VEVAM doet wat thuiskopiegelden betreft de VS en Japan, LIRA de rest van de wereld. Dit jaar (2004) staat de verdeling van thuiskopievergoedingen-video over de jaren 2001 en 2002 op het programma. De achterstand die er nog steeds bestaat, een achterstand die beduidend kleiner is geworden, maar nog altijd enkele jaren beloopt, vindt zijn directe oorzaak in de complexiteit van de repartitie. Daarbij moet gedacht worden aan de vele soorten van gegevens die nodig zijn over werken, rechthebbenden, uitzendingen en het aantal malen dat een uitzending is opgenomen. Vooral die laatstgenoemde gegevens vallen lastig te verkrijgen, nu een sinds vele jaren actieve leverancier om commerciële redenen met de aanlevering is opgehouden. Een oplossing wordt gezocht en ongetwijfeld ook gevonden.
 

KH

 

 

Besluiten van het Lira-Bestuur

- Statutenherziening

 

Het bestuur van LIRA heeft besloten de statuten van LIRA te herzien. Statutenherziening behoort tot de bevoegdheden van het LIRA-bestuur. De directe aanleiding werd gevormd door de introductie per 1 januari 2002 van de euro. In LIRA’s oude statuten kwam twee keer een bedrag voor, en wel beide keren in guldens. Dat was in de artikelen 6 en 7 waar het gaat om de vraag wanneer een auteur stemgerechtigd is in de vergaderingen van LIRA. Drie voorwaarden worden er daar opgesomd: de auteur moet ingezetene dan wel onderdaan zijn van een van de landen behorende tot de Europese Gemeenschappen, en een aansluitingscontract met de stichting hebben gesloten, en uit hoofde van zijn aansluitingscontract aan inkomsten een bedrag van gemiddeld ten minste vijfentwintig gulden (fl. 25,-) per jaar hebben genoten gedurende drie aaneengesloten kalenderjaren. 

 

Behalve de aanpassing van ‘Europese Gemeenschappen’ aan de nieuwe ‘Europese Unie’ moest ook het genoemde guldensbedrag in een eurobedrag omgezet worden. Om de toetsing op stemgerechtigdheid te vereenvoudigen is gekozen voor de volgende formulering: voor stemgerechtigdheid is één van de voorwaarden dat de desbetreffende auteurs ‘uit hoofde van het aansluitingscontract of anderszins aan inkomsten in enig jaar een bedrag van tenminste tien euro (e. 10,-) hebben ontvangen; in dat geval zijn zij stemgerechtigd voor een periode van vijf jaar, te berekenen vanaf het jaar waarin zij genoemd bedrag hebben ontvangen, tenzij zij in enig jaar daarna wederom een bedrag van tenminste tien euro (e. 10,-) ontvangen, waardoor een nieuwe periode van vijf jaar aanvangt waarin zij stemgerechtigd zijn, op dezelfde wijze te berekenen als de eerste periode van stemgerechtigdheid.’ Dus steeds als iemand 10 euro of meer aan auteursrechtelijke inkomsten van LIRA ontvangt, is hij voor een periode van vijf jaar stemgerechtigd. 

 

Dat bedrag van 10 euro is mede gekozen, omdat het bestuur van plan is een bagatellenregeling in te stellen. In die regeling worden door LIRA uitsluitend bedragen vanaf 10 euro uitbetaald. Lagere bedragen worden opgespaard tot een totaal van 10 euro wordt bereikt. Bij het bereiken en overschrijden van de 10 euro-grens wordt het opgespaarde bedrag tot uitkering gebracht. Een rekensommetje leert dat een iemand gemiddeld 2 euro per jaar van LIRA dient te ontvangen om continu stemgerechtigd te zijn. Dat is aan de lage kant. De vraag kan gesteld worden: waarom niet iedereen die een aansluitingscontract tekent, stemgerechtigd gemaakt? Het antwoord is gelegen in de opvatting dat het wenselijk is dat uitoefening van bijvoorbeeld het benoemingsrecht gebonden is aan enig financieel belang in LIRA, hoe gering dat in feite ook is.

 

Voor de liefhebbers en andere belangstellenden vallen gedrukte exemplaren van de nieuwe statuten binnenkort bij LIRA op te vragen.

 

- Herziening repartitiereglementen voor kabel, digitaal en satelliet

 

De verdeling van gelden die geïncasseerd worden voor de gelijktijdige doorgifte van programma’s van de publieke omroepen, wordt gereguleerd door een repartitiereglement dat gemakshalve het kabelreglement wordt genoemd. Nu er ook digitale uitzendingen aan zitten te komen, is het kabelreglement met zoveel woorden ook van toepassing verklaard op digitale uitzendingen, en tegelijk op uitzendingen per satelliet.

 

In het reglement waarvan de vaststelling aan het LIRA-bestuur is voorbehouden, zijn verdeelsleutels voor het zogenoemde format en voor de synopsis opgenomen. De auteur van het format ontvangt 10% van het tarief per minuut uitzending. De auteur van de synopsis die voortbouwt op het format van een andere auteur, krijgt 15%. Is er geen separate format-auteur en hoeft de vergoeding dus niet over twee personen verdeeld te worden. dan krijgt de schrijver van de synopsis 25%.

 

Tevens is een procedure beschreven voor wat genoemd wordt: de identificatie van rechthebbenden. Die beschrijving wil een antwoord geven op de vraag: hoe stelt het bestuur van LIRA vast wie er recht heeft op kabelgeld en daaraan in het reglement gelijkgestelde distributievormen via digitenne en satelliet? Deze identificatieprocedure is bijna letterlijk ontleend aan het ooit door de minister van Justitie goedgekeurde leenrechtreglement. 

 

Wellicht de belangrijkste wijziging is dat in het reglement een verjaringstermijn voor financiële aanspraken van rechthebbenden op kabel- en verwante gelden is opgenomen van vijf jaar na de betreffende uitzending. Het is dus zaak tijdig bij LIRA aan de bel te hangen. LIRA zelf zoekt ook naar rechthebbenden, maar het lukt soms niet die te vinden.

KH

 

 

 

Waar denken we over?

Het bestuur van LIRA denkt over

 

- de oudedagsvoorziening van professioneel werkzame schrijvers en vertalers kan worden bevorderd via gelden uit het Sociale Fonds van LIRA, nu de oplossing die aansluiting bij de Stichting AENA leek te bieden niet erg doelmatig en doeltreffend lijkt

 

- in hoeverre de Stichting P.C. Boutensfonds waar een oudedagsvoorziening voor professionele schrijvers en vertalers functioneert, ingeschakeld kan worden om het doel te bereiken

 

- een nieuw automatiseringssysteem dat in de loop van het jaar 2005 alles zou moeten gaan bieden waaraan LIRA’s organisatie ten behoeve van de vele duizenden schrijvers en vertalers die geld van LIRA ontvangen, behoefte heeft

 

- en daarbij onder meer: een geautomatiseerde bagatellenregeling waarin bedragen worden opgespaard tot een minimum van 10 euro alvorens zij tot uitbetaling worden gebracht. 

 

 

Hoe kom ik als auteur aan hulp en advies?

- Voor zaken die LIRA, de repartities en het aansluitingscontract tussen een auteur en LIRA betreffen: neem contact op met de Stichting LIRA, Postbus 3060, 2130 KB Hoofddorp; bezoekadres: Siriusdreef 22-28, Hoofddorp; tel: 023-799 78 06; e-mail: lira@cedar.nl

 

- Voor gewone adviezen over contracten, voorwaarden, overeengekomen tarieven en dergelijke: word lid van één van de drie afdelingen van de Vereniging van Schrijvers en Vertalers, De Lairessestraat 125, 1075 HH Amsterdam, tel: 020-6240803, e-mail: bureau@vsenv.nl. Die drie afdelingen zijn: de Vereniging van Letterkundigen voor literaire en verwante auteurs, het Netwerk Scenarioschrijvers voor schrijvers van tv-drama en filmscenario’s, en de FreeLancers Associatie (FLA) voor freelance-journalisten, en stel vragen aan de medewerkers van deze drie afdelingen van de Vereniging van Schrijvers en Vertalers

 

- Voor juridische adviezen en hulp in professionele geschillen met uitgevers, andere producenten en andere gebruikers van iemands werk, bijvoorbeeld wanneer een contract niet wordt nageleefd of wanneer inbreuk wordt gepleegd op iemands auteursrechten: zorg voor aansluiting bij de Stichting LIRA door het ondertekenen van een aansluitingscontract of word lid van de Vereniging van Schrijvers en Vertalers en stuur in beide gevallen een schriftelijk verzoek om financiële ondersteuning (met relevante stukken) naar het bestuur van de Stichting Rechtshulp Auteurs, p/a Bureau van de VSenV, De Lairessestraat 125, 1075 HH Amsterdam, tel: 020-6240803, e-mail: rechtshulp@vsenv.nl. Het bestuur van de Stichting Rechtshulp Auteurs vergadert maandelijks om de aanvragen aan de hand van een reglement te beoordelen. Bij een positief besluit wordt de aanvrager doorverwezen naar een aantal advocaten, met wie de stichting langdurig relaties onderhoudt. De eerste 1.000 euro (inclusief BTW) aan advocaatkosten wordt voor 100% door de stichting vergoed. Bij kosten boven de 1.000 euro wordt een eigen bijdrage van 5% over het meerdere gevraagd. In de regel zullen de kosten van eenvoudige adviezen van een advocaat niet hoger dan 1.000 euro zijn; in dat geval zijn zij dus voor de cliënt gratis. Bij kosten van meer dan 1.000 euro zoals bij gerechtelijke procedures vaak het geval zal zijn, wordt, zoals vermeld, een eigen bijdrage van 5% van de advocaatkosten gevraagd. In het geval de uitkomst van een procedure positief is, in geld meer dan 4.500 euro, geldt een partiële terugbetalingsregeling voor het totaal van de door Rechtshulp geïnvesteerde bedragen vanaf de eerste 4.500 euro.
 

- Bent u scenarioschrijver en wilt u dat de onderhandelingen over al uw scenariocontracten gedaan worden door een deskundig onderhandelaar: word dan lid van het Netwerk Scenarioschrijvers (een afdeling van de VSenV) en/of zorg voor aansluiting bij LIRA door een aansluitingscontract te ondertekenen, en meldt u vervolgens bij het Contractenbureau, Postbus 15530,  1001 NA Amsterdam; bezoekadres: Singel 104, Amsterdam, tel: 020-626 18 42; e-mail: office@contractenbureau.nl.
 

KH

 

 

Personalia

In de zomer van 2004 is Wim Verstappen na een kortdurend ziekbed overleden. Uitvoerig is in de media aandacht besteed aan zijn werkzaamheden als regisseur van speelfilms, minder aan wat hij op het gebied van het collectief beheer van auteursrechten betekende. Hij was de centrale figuur bij VEVAM/SEKAM, een organisatie waarmee LIRA vooral op het terrein van kabel- en thuiskopiegelden intensief samenwerkt. Het heeft indertijd, ik spreek over het eind van de jaren tachtig in de vorige eeuw, enige tijd geduurd voor VEVAM/SEKAM en LIRA ieder hun piketpaaltjes met wederzijdse acceptatie in de grond hadden geslagen, maar toen eenmaal de werkterreinen waren afgebakend, was het heel gemakkelijk om met Wim Verstappen zaken te doen, dat wil in dit verband vooral zeggen: samenwerkingsovereenkomsten te sluiten. 
 

Hij vertegenwoordigde VEVAM/SEKAM in tal van organisaties en stond aan de basis van de Federatie Filmbelangen. Hij liet niet na met zijn markante persoonlijkheid indruk te maken op ieder die hem ontmoette. Hij laat een lege plaats aan vele tafels achter.
 

KH

 

 

Lira Fonds-aanvragen in 2005

Wat is LIRA?

De Stichting Literaire Rechten Auteurs (LIRA) int en verdeelt voor schrijvers en vertalers

bestemde kabelgelden, thuiskopievergoedingen, leenrechtgelden en reprorechtgelden.

 

Een beperkt deel van deze gelden wordt ingevolge internationale afspraken en door de overheid goedgekeurde repartitiereglementen ingehouden ten behoeve van sociale en culturele doeleinden.

 

Wat is de Stichting LIRA Fonds?

De Stichting LIRA Fonds beheert de ingehouden gelden die bestemd zijn voor culturele

doeleinden, en verdeelt deze in de vorm van subsidies voor activiteiten onder meer op het gebied van literatuur, theater en in een enkel geval audiovisuele producties. Zij wordt daarin bijgestaan door een Adviescommissie bestaande uit vier externe deskundigen en twee LIRA-bestuursleden.

De Adviescommissie vergadert in het jaar 2004 en 2005 een maal per twee maanden en brengt advies uit over de binnengekomen aanvragen aan het bestuur van het LIRA Fonds.

 

Wat zijn de doelstellingen van het LIRA Fonds?

In het algemeen gesproken: het stimuleren van het tot stand komen en uitdragen van Nederlands literair, literair-dramatisch en muziekdramatisch werk in de breedste zin. Bijzondere aandacht gaat uit naar projecten die moeilijk binnen de voorwaarden van de bestaande overheidsfondsen zijn in te passen. Het belangrijkste criterium voor subsidiëring is kwaliteit. 

 

Wie kunnen waarvoor subsidie aanvragen?

In het algemeen kunnen alleen rechtspersonen (verenigingen, stichtingen en soortgelijke

verbanden) subsidie aanvragen, geen individuele personen. De subsidies zijn bestemd als bijdrage aan professionele auteursvergoedingen, zoals auteurshonoraria voor literaire manifestaties, schrijfopdrachten, toneelvertalingen e.d. ten behoeve van incidentele projecten. Zij worden alleen gegeven ter dekking van een tekort op de begroting. Niet gehonoreerd worden aanvragen voor debutanten en amateurproducties. 

Subsidies worden verleend in de vorm van een garantiesubsidie waarop eventueel een voorschot mogelijk is.

 

Hoe subsidie aan te vragen?

Aanvragen dienen uiterlijk 3 weken voor de vergaderingen van de Adviescommissie in achtvoud te worden ingediend bij het bureau van de Stichting LIRA Fonds en voorzien te zijn van een ingevuld aanvraagformulier, een beschrijving van het project met -indien aanwezig- graag een tekst of tekstfragment, een duidelijke begroting en CV’s van de auteurs voor wie geld wordt gevraagd. Nadere informatie hierover is te vinden op www.lira.nl/lirafonds

De vergaderingen van de adviescommissie worden in de regel steeds op de eerste donderdag van de even maanden gehouden. De laatste vergadering in 2004 vindt plaats op donderdag 2 december 2004. De vergaderingen in 2005 staan genoteerd voor donderdag 3 februari, donderdag 7 april 2005, donderdag 2 juni, donderdag 4 augustus, donderdag 6 oktober en donderdag 1 december.

 

 

Lira Fonds: wijziging beleid toneel opdrachten

Het bestuur van het LIRA Fonds dat identiek is aan het bestuur van LIRA, heeft besloten om met ingang van 1 januari 2005 aanvragen om subsidies ten behoeve van schrijfopdrachten bij het toneel anders te gaan behandelen. Vanaf genoemde datum zal het LIRA Fonds aan de hoogte van het schrijfhonorarium financiële minimumvoorwaarden gaan stellen. Als aan die financiële minimumvoorwaarden is voldaan, betaalt het LIRA Fonds bij een positief besluit over de subsidieaanvraag b deel van het schrijfhonorarium, onder de voorwaarde dat de opdrachtgever zelf uit eigen middelen of anderszins a deel betaalt.

 

Het LIRA Fonds wil hiermee de schrijfvergoeding voor toneelauteurs op een wat hoger en redelijker niveau brengen, zonder de verhoging alleen ten laste van de opdrachtgever te laten komen.

 

Het LIRA Fonds verstrekt alleen schrijfsubsidies indien de aanvrager aan de toneelschrijver op zijn minst de relevante minimumtarieven betaalt. Is het aan de toneelschrijver geboden honorarium hoger dan genoemde minimumtarieven, dan kan het LIRA Fonds besluiten een hogere bijdrage te betalen dan op grond van het minimumtarief zou moeten, maar nooit meer dan b deel van het totale honorarium. 

 

Voor het schrijven van oorspronkelijke toneelstukken zijn de minimumcondities ontleend aan de enkele jaren geleden (in 2001) tot stand gekomen afspraken over vergoedingsrichtlijnen tussen de Werkgroep Theater van de Vereniging van Letterkundigen (VVL) met de Vereniging van Nederlandse Theatergezelschappen (VNT). Door het LIRA Fonds is gekozen  voor de lage variant, de richtlijn die geldt voor voorstellingen in kleine zalen. Op de aldus gevonden bedragen is door de in de afspraak participerende organisaties (nog) geen inflatiecorrectie toegepast. Zodra dat gebeurt, neemt het LIRA Fonds deze correctie over. Bovendien is in deze honoraria begrepen de toestemming van de toneelauteur aan het gezelschap voor 40 voorstellingen. Na de 40e voorstelling is een vergoeding per voorstelling verschuldigd. 

 

Bij oorspronkelijke toneelstukken gaat het LIRA Fonds uit van de volgende minimumtarieven:

- tot en met een speelduur van 30 minuten: e. 3.405

- van 30 tot en met 60 minuten: e. 5.670

- langer dan 60 minuten: e. 7.940

 

Ten aanzien van schrijfopdrachten voor toneelbewerkingen en toneelvertalingen worden door het LIRA Fonds de zojuist aangeduide minimumtarieven voor toneelschrijfopdrachten voor oorspronkelijke stukken gehanteerd verminderd met 40%.

 

Bij bewerkingen en vertalingen, dus toneelstukken naar een bestaande tekst, gelden de volgende minima: 

- tot en met een speelduur van 30 minuten: e. 2.043

- van 30 tot en met 60 minuten e. 3.402

- langer dan 60 minuten: e. 4.764

 

In bijzondere gevallen kan het LIRA Fonds van deze uitgangspunten afwijken als er naar zijn oordeel een goede aanleiding toe bestaat.

 

Dit alles moet gezien worden in het licht van de vraag: hoe kan de werkwijze van het LIRA Fonds zo ingericht worden dat er redelijke normen voor de honorering van Nederlandse schrijvers en dichters in de markt geplaatst worden en Nederlandse schrijvers en dichters tegelijk mede door toedoen van het LIRA Fonds een betere honorering krijgen? Voor het antwoord: zie hierboven.
 

KH

 

 

Berichten en adviezen van het bureau

- Nieuwe LIRA brochure

 

Binnen afzienbare tijd zal er een nieuwe LIRA Brochure verschijnen, een bijgewerkte en sterk gewijzigde versie van de oude. Alle veranderingen in door LIRA behandelde rechten en wijzigingen in beleid zijn er in opgenomen, alsmede informatie over het Sociaal Fonds, de Stichting LIRA Fonds, de Stichting Rechtshulp Auteurs en de Stichting Contractenbureau. 

LIRA is van plan aan het verschijnen van de nieuwe brochure een campagne te verbinden tot vergroting van het aantal aangesloten schrijvers en vertalers. Dat aantal ligt nu iets boven de 2.000, terwijl LIRA uitbetalingen doet aan rond de 15.000 auteurs. 

KH

 

- Leenrecht in België

 

Schrijvers en vertalers die vorig jaar blij opkeken van hun eerste Vlaamse leenvergoeding, zouden dit jaar wel eens onaangenaam verrast kunnen worden. Want na de eenmalige noodvoorziening in Vlaanderen van 2003 (waarvoor een bedrag van bijna tweeënhalf miljoen euro was uitgetrokken) heeft de Belgische federale regering nu een KB goedgekeurd dat voorziet in een aanzienlijk bescheidener regeling. Er komt een forfaitaire leenvergoeding per lener, gedifferentieerd naar leeftijd: 1,-- per jaar voor volwassenen, 0,50 voor minderjarigen.

 

De lezer/lener hoeft niets te betalen, het zijn de ‘gemeenschappen’ die de kosten zullen dragen. De Vlaamse gemeenschap betaalt 1,2 miljoen euro, de Franse gemeenschap 0,6 miljoen. Voor de wetenschappelijke en onderwijsbibliotheken, en voor de bibliotheken van zorginstellingen (ouderen, blinden, slechthorenden) gelden vrijstellingen.

 

Het voorziene bedrag is helaas bijzonder laag. Rechthebbenden hadden 12 miljoen euro per jaar gevraagd, alleen voor boeken en geschriften. Maar dit overheidsvoorstel betekent een bedrag van 1,8 miljoen euro voor alle informatiedragers die onder het leenrecht vallen. De Belgische overheid heeft zich jammer genoeg dus laten leiden door de laagste cijfers die in de Europese lidstaten bestaan.

RV

 

- Leenrecht uit het buitenland

 

LIRA ontplooit haar activiteiten in Nederland. Maar ook in andere landen zijn auteursrechtenorganisaties actief op het terrein van literaire, literair-dramatische en muziek-dramatische werken en de daarop gebaseerde audio- en audiovisuele producties. Met een aantal zusterorganisaties heeft LIRA wederkerigheidscontracten gesloten. Deze contracten houden in dat LIRA de rechten van de bij die buitenlandse zusterorganisaties aangesloten auteurs in Nederland vertegenwoordigt. Op deze wijze treedt LIRA op voor de exploitatie van rechten verbonden aan het gebruik van werken van buitenlandse auteurs. Daarbij keert LIRA in principe alleen uit aan die buitenlandse zusterorganisaties, niet aan individuele buitenlandse auteurs.

 

Andersom wordt in die wederkerigheidscontracten met buitenlandse zusterorganisaties vastgelegd, dat de bij LIRA aangesloten schrijvers, bewerkers en vertalers voor wat betreft de openbaarmaking en verveelvoudiging van hun werk in het buitenland door de daar actieve zusterorganisatie worden vertegenwoordigd.

 

Het Nederlandse leenrechtsysteem is een auteursrechtelijke regeling. Dit betekent onder meer dat LIRA voor alle auteurs wier boeken zijn uitgeleend in Nederlandse bibliotheken, reglementair gedurende 5 jaar een leenrechtvergoeding reserveert en daarbij op zoek gaat naar mogelijkheden om die gereserveerde gelden uit te keren. Nationaliteit speelt hierbij geen rol. Ook buitenlandse auteurs hebben een aanspraak op een leenrechtvergoeding.

 

In andere landen wordt de leenvergoeding soms gebruikt als een vorm van subsidie voor de eigen schrijvers. Het geld wordt door de overheid beschikbaar gesteld en verdeeld onder de binnenlandse schrijvers als stimulans voor het schrijven in de eigen taal. Buitenlandse  auteurs, onder wie Nederlandse, komen niet voor die subsidie in aanmerking.

 

LIRA kan alleen een wederkerigheidsovereenkomst afsluiten met landen die daadwerkelijk gelden hebben gereserveerd voor buitenlandse auteurs. Als er in het buitenland volgens de daar geldende regels niets wordt gereserveerd, valt er immers ook niets te halen. Dat neemt echter niet de verplichting weg dat LIRA de auteurs uit de betreffende landen op grond van het Nederlandse leenrecht hun leenrechtvergoeding dient uit te betalen. Ter compensatie wordt in zo’n situatie wel afgesproken dat er een hoger percentage (bijvoorbeeld 15%) aan inhoudingen voor sociaal-culturele doelen op naar het buitenland over te maken gelden wordt ingehouden, met daarnaast, als de administratieve inspanningen die geleverd moeten worden, groter zijn dan normaal, een iets hogere inhouding aan administratiekosten.

 

Sinds 2003 betaalt en ontvangt LIRA leenrechtgelden uit Engeland. Met Literar Mechana (Oostenrijk) is recent een wederkerigheidsovereenkomst afgesloten en met VG Wort uit Duitsland is LIRA bijna rond over de voorwaarden waaronder leenrechtgelden uitgekeerd kunnen worden. Met zusterorganisaties uit Australië, Canada en Nieuw Zeeland zijn op dit punt de eerste contacten gelegd, evenals met alle Scandinavische landen. Bij deze drie laatstgenoemde Engelstalige landen geldt dat er geen sprake zal zijn van wederkerigheid. Hier zal LIRA dan ook het hogere percentage aan socu-inhoudingen bedingen ter compensatie van gemiste inkomsten uit het buitenland, plus een iets hogere vergoeding voor administratiekosten.

LB

  

-Leenrecht uit Groot-Brittannië

 

Nederlandse auteurs van wie boeken in het Engels zijn vertaald, boeken die in Groot-Brittannië door de openbare bibliotheken worden uitgeleend, kunnen zich op grond van de Britse leenrechtregeling via LIRA bij de Britse zusterorganisatie PLR (Public Lending Right) inschrijven. De Britse leenrechtregeling heeft een beperkte werking. Zo komen erfgenamen van schrijvers niet voor het Britse leenrecht in aanmerking. 

Alleen boeken die na aanmelding bij PLR geregistreerd staan, kunnen een Britse

leenrechtvergoeding krijgen. Eenmaal geregistreerde titels blijven geregistreerd staan. Nieuw

verschenen titels moeten steeds even worden aangemeld. De jaarlijkse einddatum voor

aanmeldingen bij PLR is 30 juni. Meldt u zich dus bijtijds bij LIRA aan voor het verkrijgen van een aanmeldingsformulier.

 

- Mechanische Reproductierechten

 

Schrijvers, bewerkers en vertalers worden geregeld geconfronteerd met publicaties van hun werk in een vorm waarvoor de auteur aan de oorspronkelijke opdrachtgever geen toestemming heeft gegeven. Met name vertalers van tekenfilmseries die hun vertalingen maken ten behoeve van nasynchronisaties, zien hun werk veelvuldig tot hun eigen verrassing in de winkels liggen. 

 

Deze inbreuken op het auteursrecht betreffen vaak het mechanisch reproductierecht: het vastleggen van werken op allerlei informatiedragers. Denk in dit verband aan de video- of dvd-uitgave van televisieseries en toneel- en cabaretvoorstellingen.Voor het maken en te koop aanbieden van vastleggingen als hier bedoeld is expliciete toestemming vereist van de auteur. Aan het geven van die toestemming kan de schrijver of vertaler de voorwaarde van een passende vergoeding verbinden. LIRA maakt ten aanzien van deze toestemming voor aangesloten auteurs die hun mechanisch reproductierecht aan LIRA hebben toevertrouwd, afspraken met gebruikers en keert geïncasseerde gelden vervolgens individueel aan de auteur uit. 

 

Het aandeel aan LIRA-repertoire op de video of dvd wordt berekend aan de hand van de totale tijdsduur van de video- of dvd-productie, dus met aftrek van bijvoorbeeld het muziekrepertoire waarvoor aan STEMRA betaald dient te worden. Dat percentage van de totale tijdsduur  wordt vermenigvuldig met de bruto-opbrengsten en daarvan wordt 7,25% genomen. Onder bruto-opbrengsten wordt in dit verband verstaan: de feitelijke opbrengsten zonder BTW zoals die door de detailhandel worden ontvangen, ook wel aangeduid met ppd, dat wil zeggen: price per distributor. Anders geformuleerd: LIRA rekent voor het LIRA-repertoire op een video of dvd pro rata temporis (naar gelang de tijd) 7,25% van de bruto-opbrengsten zoals die door de distributeur/detailhandel ontvangen worden. Neemt het werk van een auteur de helft van de tijd in, dan wordt het percentage 7,25, gedeeld door 2, is 3,625% van de verkoopopbrengsten van de informatiedrager.

 

- Kabelrechten buitenland

 

Kabelrechtgelden voor in het buitenland uitgezonden werken op radio en tv van onze

aangeslotenen kunnen vaak via onze zusterorganisaties worden geïnd. Met de volgende landen heeft de Stichting LIRA op dit punt een wederkerigheidscontract gesloten:

België

Brazilië

Duitsland

Frankrijk

Groot-Brittannië

Israël

Italië

Polen

Portugal

Spanje

Zwitserland

 

LIRA's Duitse zusterorganisatie Wort keert alleen kabelgelden uit voor uitgegeven werken, dus voor boeken en daarop gebaseerde producties. 

 

Wij verzoeken u vriendelijk, indien uw werk in één van bovenstaande landen is uitgezonden,

LIRA daarvan op de hoogte te stellen.

 

Meer informatie over mechanische rechten en kabelrechten buitenland kunt u krijgen bij:

Marianne Bovet (023-7997023) en Nancy den Dekker (023-7997033) of via LIRA@cedar.nl. Op datzelfde e-mailadres kunt u terecht voor het aanvragen van LIRA-aansluitcontracten.

 

 

Gezocht: leenrechthebbende schrijvers en vertalers (of hun erven)

Allereerst willen de medewerkers van Stichting LIRA u, de lezers van het LIRA Bulletin, hartelijk bedanken voor alle reacties op de vorige rubriek ‘GEZOCHT’.

Dankzij uw tips en reacties hebben wij inmiddels al 28 van de 87 gezochte auteurs en vertalers (of hun erfgenamen) uit de lijst van het vorige Bulletin kunnen opsporen en met een leenrechtvergoeding kunnen verblijden.

 

Deze keer weer een nieuwe lijst, want wij blijven op zoek naar adressen van auteurs en vertalers, bewerkers en samenstellers/verzamelaars (of hun erfgenamen) wier titels worden uitgeleend door de Nederlandse openbare bibliotheken. Hiertoe benaderen wij ook uitgeverijen die ons vaak aan de juiste adressen helpen, waarvoor dank. Soms, zeker wanneer het  om personen gaat die in de jaren tachtig of negentig geschreven of vertaald hebben, zijn de adresgegevens echter verouderd of niet meer te achterhalen en daarom roepen wij hiervoor ook graag de hulp van onze lezers in.

 

Voor de personen (of hun erven) die in onderstaande lijst worden genoemd, staat al een bedrag gereserveerd. Kent u het adres van een of meer van deze personen (of hun erven), of heeft u een tip hierover, mailt, schrijft of belt u LIRA dan a.u.b.:

 

Odile.van.der.Tweel@Cedar.nl,  telefoonnummer 023-7997024

 

Zeg het voort. Kent u mensen die weliswaar niet in onderstaande lijst staan, maar wier werk wordt uitgeleend door de Nederlandse openbare bibliotheken, dan kunnen zij LIRA mailen, schrijven of bellen, of onze site bezoeken (www.lira.nl) voor een aanmeldingsformulier. 

 

Uw reactie wordt zeer op prijs gesteld.

 

Lijst met namen van gezochte schrijvers en vertalers en hun erven

 

Andreas van AKEN

Ruud van den AKKER

Peter van ANTWERPEN

Stefan ARTS

Dieneke BAANSTRA

Rob BAAS

Monica BADELT-PRZYBYLLA

Joop BARTIJN

Ben BEEKMAN

Lodewijk van BEERESTEYN

Ton van BEERS

Dirk BEIJER

Frederikke BELMANS

Wilma van den BERG

Ineke van den BERG

Marina van den BERG

Sylvia BIRNIE

Daniel BISH

Hub J.F. BITTER

Truus BOELHOUWER-GRIFHORST

Herman BOETS

Wim BÖRGER

Bas BOSCH

A. BOS-GRAMSMA

Cor BOUMAN

H.G. BREUKER

Cornelia BRINKMAN

N. BRINK-WESSELS

Hans BROEKMAN

A. De BROUWER

G.R. de BRUIN

Leni de BRUIN

H. BUITENZORG

Albert CLARYSSE

Ann CLASSENS

Patrick CONRAD

Co COPPENS

Hans CORNELDER

Kitty COSTER

Jan CRIJNS

Luc CUYVERS

Jannie DAANE

Aad van DIJK

Tess van DONGEN

Lex DORREN

W.C. DULFER-KLAASSEN

Hans DUPONT

Paul DUYVESTEYN

Sylvie van EIJCK

Gaby van EMMERICH

Piet van ENGELEN

Ton FINEL

Rik FOLKERSMA

André FRANSSE

F.J. FRANSSEN

Carel van GESTEL

Corrie de GIER

Can GÖKNIL

Trudy GROENEVELDT

Michel GRUYTERS

Annelies HAAS-GRIENS

Else HANSSON

Jan HARTSEMA

Emma HAVANDER

Gertie van HEERDE

Marc HEKKERS

Josée HERMSEN

Pim HOFDORP

Danka HÜSKEN

Arnout JACOBS

ANN-ELISABETH JANSEN

A. JANSONIUS

Hans JANSSEN

Marja de JONG

Anke JONGERDEN

Gerdien KAPPENBURG

Laurens KEFF

Kees KERSBERGEN

Elisabeth van KESSEL

Eva KING

Mehmet KIRIS

Inette KLOSTERS

Dieneke KNEGT-DE GRAAF

Karolien KNOL

C. KROON-BAKKER

Jan KRUIDENIER

Hans KUIPERS

Martin LAMMES

Ton LAND

Gerry LAUTENSCHLAGER

Anne LEBLANC

A.C.A. LEMMERS

Remy Jozef LIEVENS

Marlou LINSEN

Matty LUBBERINK

Marian LUGTENBERG

Maaike LUITWIELER

Wil LÜSCHEN

 

 

Bestuur en bureau van de stichting Lira

De Stichting LIRA beheert als auteursrechtorganisatie op collectieve wijze auteursrechten en

auteursrechtelijke aanspraken van schrijvers en vertalers die door hen individueel niet, of slechts met de grootst denkbare moeite, te gelde kunnen worden gemaakt.

 

Postadres:

Stichting LIRA

Postbus 3060

2130 KB Hoofddorp

 

Bezoekadres:

Siriusdreef 22-28

2132 WT Hoofddorp

 

Telefoon: 023 - 799 78 06

Fax: 023 - 799 77 00

E-mail: lira@cedar.nl

Website: www.cedar.nl

 

Bankrekeningnummers:

ABN: 54 64 92 665

Postbank: 50 01 51

 

Bestuur Stichting LIRA:

Kees Holierhoek, voorzitter

Willem Capteyn, vice-voorzitter

Nelleke van Maaren, secretaris

Rien Verhoef, penningmeester

Marjan Berk, lid

Tijs van den Boomen, lid

 

Bureau Stichting LIRA:

directeur:

André Beemsterboer

 

accountmanager:

Lennart Bosker

 

secretariaat:

Marquerite Boerlage

Sabina Stol

commercieel-administratief medewerker:

Maureen Arnhem

Marianne Bovet

Martin van Dam

Nancy den Dekker

Mariska Kolman

Martijn van Noort

Scott Rollins

Bart Schomaker

Odile van der Tweel

 

informatiebeheerder:

Jeroen van den Bergh

 

 

Colofon

Dit is een uitgave van de Stichting LIRA,

Postbus 3060, 2130 KB Hoofddorp

Telefoon: 023 - 799 78 06

Fax: 023 - 799 77 00

E-mail:.    lira@cedar.nl

Website: www.lira.nl

Redactie:     Nelleke van Maaren

           Lennart Bosker

Kees Holierhoek (eindredactie)

Tekstbijdragen: Rien Verhoef

Illustraties: Ram Katzir

Ontwerp: Rutger Fuchs, Amsterdam