editie 48 / september 2016

Vertaler, trek je eigen plan!
Over de Vertaalslag 2016

Op zeven maart 2016 vond in de Amsterdamse Tolhuistuin de jaarlijkse Vertaalslag plaats, een avond georganiseerd door de VvL en de SLAA, mede gesubsidieerd door het Lirafonds. Als thema was gekozen voor "De vertaler als inspirator en initiator". Het werd een avond over klassieke muziek, de liefde (betaald en onbetaald), de hel en de hemel.

Why are Artists Poor?

Hans Abbing, econoom en beeldend kunstenaar, kwam als eerste aan het woord. Op basis van zijn studie 'Why Are Artists Poor?’' was hem verzocht een antwoord te geven op de vraag of "de ondernemende vertaler gedoemd zou zijn een financiële krabbelaar te blijven". Zijn antwoord klonk bevestigend. Als de vertaler er financieel op vooruit wilde gaan, moest hij volgens Abbing in actie komen richting uitgevers of het prestige van het vak op zien te vijzelen. Als voorzet vergeleek Abbing vertalers met de solist in de klassieke muziek; die muzikant maakt ook gebruik van bestaand materiaal, maar wordt gewaardeerd als scheppend kunstenaar (en daar ook naar beloond).

Kiki Coumans

Toen vertaalster Kiki Coumans als student Franse literaire teksten las, vroeg ze zich af hoe die zouden klinken in het Nederlands. Ze wilde zich na haar studie vol passie wijden aan het ontsluiten van onbekende meesterwerken, maar kwam al gauw tot de conclusie dat grote uitgeverijen niet zitten te springen om vertalers met eigen ideeën. Coumans vertelde hoe ze de eerste jaren rond moest komen van opdrachten, maar dat ze uiteindelijk onderdak had gevonden voor haar lievelingsboeken bij kleinere uitgeverijen als Voetnoot en Uitgeverij Vleugels. Ze sloot haar verhaal af door te reageren op de bijdrage van Hans Abbing. "Van elke beroepsgroep kun je wat leren," beweerde de vertaalster gevat, waarna ze een actie aanhaalde van Amsterdamse prostituees die in de jaren tachtig een sticker op de ramen van hun peeskamers plakten met de tekst: "Onder de 75 gulden moet je het niet doen."

Jan Rot

Zanger en componist Jan Rot vond zijn roeping als vertaler via een omweg. Hij begon zijn carrière door zelf liedjes te schrijven. Die liedjes dienden naar eigen zeggen voornamelijk als een open sollicitatie voor de liefde van zijn leven. Bij de eerste try-out van zijn programma had hij haar echter al gevonden. In principe kon zijn lier aan de wilgen. Zijn inspiratiebron was opgedroogd, of liever gezegd: overgelopen. Om toch aan nieuw materiaal te komen besloot Rot zich te richten op het vertalen van popklassiekers, maar daar viel weinig aan te verdienen. Via BUMA vloeide het grootste deel van de royalty's terug naar de auteur van het origineel. Vandaar dat Rot koos voor liedteksten uit de klassieke muziek waarvan de auteursrechten al waren verstreken. Zijn Nederlandse Mattheuspassie wordt inmiddels regelmatig uitgevoerd en zijn cd's met liederen van Schubert waren zelfs te vinden bij het Kruidvat.

Vertaalengel en Vertaalduivel

De Vertaalslag wordt traditioneel afgesloten met de uitreiking van de De Vertaalengel en de Vertaalduivel. NRC-recensent Marco Kamphuis kreeg dit jaar beide toebedeeld. De jury kende De Vertaalduivel toe aan Kamphuis wegens diens slecht onderbouwde kritiek op een Proustvertaling van Martin de Haan en Rokus Hofstede. De engel kreeg hij voor het publiekelijk erkennen van diezelfde fouten. “De weg naar boven en naar beneden zijn één en dezelfde,” zei Kamphuis en haalde daarbij de Griekse filosoof Herakleitos aan in de vertaling van Paul Claes. Beide toekenningen vond hij eigenlijk te veel eer.

Het was een lange en inspirerende avond in de Tolhuistuin. Op het pontje over het IJ overwoog ik nog even of ik om zou fietsen langs Het Concertgebouw of de Wallen.

TB